Nederlandse kunstenaars wereldberoemd: ‘Maar Omroep Flevoland had niet gebeld’

Curtis Penning en Cristian Luiten zijn de drijvende krachten achter Avant Arte. Met hun bedrijf verworven de kunstenaars internationale bekendheid toen er duizenden mensen naar hun eerste tentoonstelling in London kwamen. “The New York Times en The Financial Times schreven er over, maar Omroep Flevoland had ons nog niet benaderd.”

De jonge kunstenaars vertellen hun verhaal in de nieuwste aflevering van Stand van Nederland. In die aflevering duiken we in de economische cijfers achter de kunstwereld.

Omdat kunst niet voor iedereen te betalen is, sprongen de jongens in een gat in de markt. “Wij werken samen met kunstenaars en samen met hun maken we prints”, vertelt Luiten. Als voorbeeld noemt hij de samenwerking met de toonaangevende kunstenaar Marc Quinn. “Heel veel mensen vinden dat tof, maar hoeveel mensen kunnen honderduizenden euro’s aan kunst besteden?”

Prints

De prints worden vervolgens in limited editions gedrukt. Op dit moment werken ze samen met Paul Insect. “Toen we aankondigden dat we met hem gingen werken, stond onze mail gelijk vol”, aldus Luiten. “Ik denk dat het drie minuten tot een half uur duurt voordat ze allemaal weg zijn”, zegt Penning.

Het legt de jonge kunstenaars zeker geen windeieren. “De laatste print die we deden was een edition van 140 prints. Die kostte 900 euro per print.” Dat komt neer op een bedrag van 126.000 euro. “Dat delen we dan met de kunstenaar.”

Kijk aanstaande woensdag om 20:25 uur naar de nieuwe aflevering van Stand van Nederland op NPO 2.

Door: Redactie