‘Amsterdams verbod op benzineauto’s leidt niet tot schonere lucht’

Wie in Amsterdam woont, werkt of er op bezoek komt, dient voor 2030 een elektrische auto aan te schaffen. Vanaf dat jaar is de hoofdstad verboden terrein voor al het verkeer op benzine of diesel. Het stadsbestuur van de hoofdstad denkt met de maatregel de levensverwachting van Amsterdammers met drie maanden te verlengen. Maar dat deze maatregel zal leiden tot schonere lucht, klopt helemaal niet, zegt de voorzitter van de RAI-vereniging Steven van Eijck in WNL Op Zaterdag op NPO Radio 1.

“Het is bizar hoe mensen reageren op dit plan,” zegt Van Eijck. “Alsof dit plan een oplossing is voor het probleem. Het is gek dat niemand zich die vraag heeft gesteld. De ambitie die de wethouder heeft om de lucht schoner te maken, is een mooie ambitie. Maar het plan dat ze heeft gaat daar helemaal geen bijdrage aan leveren.”

Het huidige plan heeft als doel om benzine- en dieselauto’s te vervangen door elektrische auto’s. “U moet zich realiseren dat die vuile lucht twee componenten heeft: fijnstof en stikstofdioxide,” zegt Van Eijck. “Een benzineauto stoot net zoveel fijnstof uit als een elektrische auto. Dat is exact 17 a 18 milligram. Hoe komt dat? Omdat 90 procent van die fijnstof wordt veroorzaakt door de remmen en de banden. Dat is bij auto’s zo, maar ook bij fietsen, bussen, trams en metro’s.”

Fabeltje

“Het verhaal klopt gewoon niet”, zegt Van Eijck. “Het is raar dat dit fabeltje niet wordt doorgeprikt. Iedereen loopt er achteraan en begint onmiddellijk over wie dit moet betalen. Laten we het er eerst over hebben of de lucht nou zoveel schoner wordt door het vervangen van benzineauto’s door elektrische auto’s. Dan zal blijken dat dat niet zo is.”

Van Eijck pleit dan ook voor eerlijkheid richting de Amsterdammers. “Beloof ze nou niet dat ze drie maanden extra leven. Dat is gewoon niet waar.”

Door: Redactie