Moet kabinet wel IS-vrouwen naar Nederland halen? ‘Anders geen rechtszaak’
De twaalf IS-vrouwen die dinsdag zijn opgehaald vanuit Syrië worden vandaag voorgeleid. Dat gebeurt op verzoek van het kabinet, dat tot op de bodem wil uitzoeken waar deze vrouwen precies bij betrokken zijn geweest. Het weerwoord van de IS-vrouwen is vaak dat zij zelf het slachtoffer zijn. Maar is dat wel zo?
Het kabinet wilde zich er voorheen niet aan wagen om de IS-vrouwen naar Nederland te halen. Recent is daar dus verandering in gekomen. Niet omdat het kabinet een draai in beleid maakte, maar vanwege een bericht van de rechter. Die gaf namelijk aan dat als het kabinet een rechtszaak wil voeren tegen de IS-vrouwen, die ook bij hun eigen zaak aanwezig moeten zijn.
Doet het kabinet dit niet, dan stopt de rechtszaak en dan kunnen de vrouwen ook niet meer berecht worden als zij op een later moment op eigen houtje terugkeren naar Nederland. "Het is nu of nooit. Een keuze tussen twee kwaden", zegt terrorismeverslaggever van De Telegraaf Silvan Schoonhoven bij Goedemorgen Nederland. "Anders staat justitie straks met lege handen."
Verdenkingen
De IS-vrouwen worden ervan verdacht deel te nemen aan een terroristische organisatie. "Zij zijn daar geweest en hebben mannen gesteund in hun strijd", zegt Schoonhoven. Maar er wordt in dit proces verder gekeken dan dat. Bijvoorbeeld of zij andere vrouwen hebben geronseld en geworven om naar het kalifaat te komen en aldaar te helpen. Of dat zij zich schuldig hebben gemaakt aan wapenhandel. "Daar zit de moeilijkheid", licht Schoonhoven toe. "Het is een soort zwart gat. Want wat die vrouwen daar hebben gedaan is bijna nooit te reconstrueren."
De vrouwen verweren zich vaak door te zeggen dat zij van niets wisten, dat zij door hun man werden gedwongen naar het kalifaat te gaan en dat zij absoluut niet wisten van de strijd die werd gevoerd. "Iedereen voelt aan dat dit niet waarschijnlijk is. Dat als je daar bent helemaal niets meekrijgt van wat het kalifaat allemaal aan gruwelijke executies uitvoert? Als je daar woont, maak je er deel van uit", aldus de terrorismeverslaggever.
Bewijsmiddelen
Schoonhoven vertelt dat het ontbreekt aan bewijs over de gebeurtenissen in het kalifaat. Zoals foto's, getuigen, documenten of uitlatingen op social media. "Soms zijn het snippertjes en dan moet je op basis daarvan een reconstructie maken." En zodoende bewijzen dat een IS-vrouw ook echt een bijdrage heeft geleverd aan de IS. Zo simpel ligt dat dus niet.
Advocaat Jeffrey Jordan stond eerder teruggekeerde IS-vrouwen bij in hun rechtszaak en erkent dat het geen eenvoudig proces is. Hij legt uit wat de twaalf vrouwen straks te wachten staat. "Deze vrouwen worden ondervraagd door het OM. Daar kunnen deskundigen bijgehaald worden om te beoordelen wat er door het hoofd gaat van de verdachte." Daar begint het proces, met als hoofdvraag: "Wie is radicaal en zo ja in hoeverre is iemand radicaal."
Vervolgens wordt ook in kaart gebracht "wat de problematiek is van iedere verdachte, waar het netwerk uit bestaat en welke zorgen er zijn", vertelt Jordan. "En daar wordt meteen op geacteerd."