Moeten statushouders vaker woningen delen? 'Ze hebben niet zoveel te willen', zegt Mona Keijzer
Demissionair woonminister Mona Keijzer wil dat gemeenten voortaan geen voorrang meer kunnen geven aan statushouders voor een sociale huurwoning, puur omdat ze statushouders zijn. De wetsvoorstellen die daarvoor moeten zorgen, zijn al goedgekeurd door de Tweede Kamer en worden binnenkort behandeld door de Eerste kamer. Maar hoe gaan deze statushouders op de krappe woningmarkt onderdak vinden als ze geen voorrang meer krijgen? Keijzer deelt in Goedenavond Nederland op NPO 1 hoe zij daarover denkt.
Volgens de meest recente cijfers van het IND komen er maandelijks ongeveer 15.000 asielzoekers binnen. Ongeveer de helft krijgt een verblijfsvergunning, wordt statushouder en mag dus in Nederland blijven wonen. "Laat ik ten eerste zeggen: die instroom moet sowieso naar beneden", reageert Keijzer. "Ik vind het onuitlegbaar dat Nederlandse twintigers die al tien jaar op de wachtlijst staan ineens worden ingehaald door een Syriër."
"Maar goed, die mensen die hier nu zijn, moeten ook niet in het gras terechtkomen. Daarom wil ik gecombineerde complexen gaan bouwen, waarin starters, studenten, spoedzoekers (mensen die op korte termijn dakloos dreigen te worden, red.) én statushouders samenwonen", aldus de woonminister. "Dat is verstandiger dan het continu plaatsen van modules waar vervolgens vijftig alleenreizenden zelfstandig in gaan wonen."
Uit onderzoek blijkt dat zulke gemengde woonprojecten voor bevorderlijk zijn voor de integratie en participatie van statushouders. Bovendien kunnen de dagelijkse contacten tussen statushouders en andere bewoners bevorderlijk zijn voor de toename van begrip voor deze mensen.
Gedeelde woningen: 'Ze hebben niet zoveel te willen'
In die complexen zullen de statushouders bovendien hun woonruimte moeten delen, aldus Keijzer. In het Noord-Hollandse Middenmeer zijn er nu al statushouders die gebruikmaken van een gezamenlijke badkamer, woonkamer en toilet. "Zo hebben we maar één woning nodig voor drie mensen, in plaats van drie losse woningen", vertelt Keijzer.
Veel gemeenten uiten zorgen over dat idee, ziet Keijzer, omdat statushouders hun woonruimte niet met anderen willen delen. "Daarop zeg ik: sorry, maar ze hebben niet zoveel te willen. Ze mogen blij zijn dat er een plek voor ze wordt geregeld."