Kan Nederland digitaal onafhankelijk worden van de VS? 'We staan niet op sterke benen'
Van 'de cloud' tot YouTube en van email tot Instagram: bijna alle digitale diensten die Nederlandse burgers, bedrijven en overheidsdiensten gebruiken, zijn in handen van de Big Tech-sector in de VS. Is dat zorgwekkend, nu de relatie tussen de VS en Europa onder druk staat? "Je moet je afvragen: waar gaan die vragen die ik stel en de informatie die ik deel allemaal naartoe?", zegt Frederik Peters, expert op gebied van digitalisering.
Deskundigen sloegen onlangs alarm in de Tweede Kamer over onze afhankelijkheid van clouddiensten uit de VS. Uit een onderzoek van Binnenlands Bestuur en iBestuur bleek namelijk dat alle ondervraagde Nederlandse overheidsorganisaties momenteel gebruikmaken van Amerikaanse clouddiensten. Microsoft is het populairst: er wordt bij de overheid veelvuldig gebruikgemaakt van onder andere Office 365, Teams, Azure en Windows.
Peters beaamt dat Nederland een probleem heeft. Hij vertelt in Goedemorgen Nederland op NPO 1: "We moeten realistisch zijn: wij zijn allemaal nog gewend aan de applicaties van Big Tech. Europese alternatieven zijn op dit moment nog niet zover dat ze die applicaties kunnen vervangen. We staan niet op sterke benen, maar goed, we worden wel steeds sterker. Je ziet dat organisaties, ook overheidsorganisaties, serieuzer gaan nadenken: hoe gaan wij veilig met data om?"
Volgens Bert Hubert, technologie-expert en voormalig toezichthouder van inlichtingendienst AIVD, is het noodzakelijk dat de Nederlandse overheid haast maakt. "Het is echt vijf over twaalf", stelt hij bij EenVandaag. "Wij zitten nu al in een situatie dat als men in Amerika met het verkeerde been uit bed stapt, organisaties in Nederland in z'n geheel kunnen worden stilgelegd, zoals recent is aangekondigd voor het Internationaal Strafhof - waar Trump niet blij mee is en hij sancties voor heeft uitgeschreven."
Wie is afhankelijk van wie?
CDA-Europarlementariër Tom Berendsen vermoedt dat Europa nog over voldoende middelen bezit om dergelijk machtsmisbruik het hoofd te bieden. "Wij kunnen ook de Verenigde Staten pijn doen", stelt hij in Sven op 1. "We kunnen de technologiesector aanpakken door hun Europese invloed te beperken met wetgeving. Die sector wordt gerund door mensen die dichtbij Trump staan en invloed op hem hebben. Zij worden nu ook al onrustig van wat er sinds de importheffingen op de beurs gebeurt."
Bovendien doen Amerikaanse tech-bedrijven zelf al hun best om de Europeanen tegemoet te komen, denkt Peters. "De Amerikaanse overheid heeft nu bijvoorbeeld de CLOUD-Act doorgevoerd. Dat houdt in dat zij van Amerikaanse tech-bedrijven persoonsgegevens kunnen opvragen. Daar reageren tech-bedrijven op: hoe kunnen we dat nou afschermen voor de Europese klanten?"
"Zulke ontwikkelingen zitten er echt wel aan te komen, want voor de Big Tech is Europa namelijk een hele grote markt. Er wonen hier 440 miljoen consumenten, we zijn de tweede markt ter wereld. Als die afhaakt, heeft dat natuurlijk een enorme impact. Wij hebben hier grote zorgen over- en een hang naar digitale soevereiniteit, dus je ziet dat de Big Tech-bedrijven én Europese cloudproviders zich in willen zetten om daarin te voorzien."
Advies aan consumenten
Zolang we Amerikaanse diensten blijven gebruiken, kunnen consumenten ook bewuster nadenken over hun digitale handelingen, denkt Peters. "Je moet gaan kijken naar de risico's van je digitale gedrag. Veel mensen gebruiken Chat GPT, Copilot, Gemini; we benaderen zulke open chatbot-omgevingen voor allerlei vragen. Je moet je gaan afvragen: waar gaan die vragen die ik stel en de informatie die ik deel allemaal naartoe? Waarvoor worden die uiteindelijk gebruikt, en ben ik daarmee akkoord? Als het gratis is, betekent het in veel gevallen dat je betaalt met de informatie die je geeft."