Aanslagpleger Joods restaurant HaCarmel krijgt tbs en twaalf maanden cel
De 32-jarige Saleh A. is veroordeeld tot twaalf maanden gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging vanwege een poging tot brandstichting en vernieling bij het Joodse restaurant HaCarmel. Net als het Openbaar Ministerie is de rechtbank van oordeel dat A. op 8 mei 2020 met een terroristisch oogmerk in het restaurant heeft gepoogd een Israëlische vlag in brand te steken en ruiten in te slaan.
A. werd vorig jaar mei opgepakt bij het restaurant. Hij had camouflagekleding aan en een ijzeren pijp in zijn hand.
Volgens gedragskundigen is A. sterk verminderd toerekeningsvatbaar vanwege verschillende serieuze psychiatrische problemen, waaronder een ernstige depressie. De deskundigen achten het gevaar voor herhaling groot en stellen dat A. in zijn huidige toestand nauwelijks te sturen valt. "Hij had als doel een deel van de bevolking ernstige vrees aan te jagen. Hij had een terroristisch oogmerk, deed aan vijanddenken en er was sprake van radicalisering", zo zei de rechter.
De rechtbank merkte tijdens de uitspraak op dat dit hoge risico op herhaling ook blijkt uit het feit dat A. al eerder voor soortgelijke feiten bij hetzelfde restaurant is veroordeeld.
'Hoop dat deze uitspraak afschrikwekkend werkt'
De advocaat van de restauranteigenaren van HaCarmel, Herman Loonstein, noemt dit een "passende straf waarbij recht wordt gedaan aan wat de familie is aangedaan", zo zegt hij tegen Het Parool. "Hopelijk is dit een signaal aan de maatschappij."
Ook Daniël Bar-on, een van de eigenaren van HaCarmel, is blij met de uitspraak. "Het is verstandig om deze persoon niet in de maatschappij te hebben. Ik hoop dat deze uitspraak afschrikwekkend werkt naar anderen. Het restaurant is weer open en iedereen is van harte welkom."
A. is ook schuldig bevonden aan het plegen van ontucht. Hij heeft in een tram de billen van een vrouw betast.
'Belangrijk voor Joodse gemeenschap'
Esther Voet, hoofdredacteur van het Nieuw Israëlitisch Weekblad (NIW), benadrukte een aantal weken geleden hoe belangrijk een veroordeling voor de Joodse gemeenschap is. "Deze man moet echt uit het Amsterdamse straatbeeld weg", zei Voet.