Horeca wacht op perspectief, maar sector is ‘geen ondergeschoven kindje’
Voor horecaondernemers zal de persconferentie van vanavond naar alle waarschijnlijkheid weinig duidelijkheid bieden, en dat terwijl veel van hen op perspectief zitten te wachten. "Wat wij als horecaondernemers nodig hebben is eerlijkheid, transparantie en zeggen waar het op staat", zegt ondernemer Khalid Oubaha. "We worden aan het lijntje gehouden."
Oubaha verwacht dat zij voor februari of maart "absoluut niet" opengaan. "We willen ons handje helemaal niet ophouden, we willen gewoon onze eigen broek op kunnen houden", zegt hij in Goedemorgen Nederland op NPO 1. "Maar we hebben wel de hulp van het kabinet nodig. En als men dan kiest om ons gesloten te houden, dan moet je ook zorgen dat onze kosten honderd procent gecompenseerd worden. Dan weten we dat we zometeen de deuren weer open kunnen gooien."
'Het is niet alsof ze niet ter sprake komen'
Parlementair verslaggever van Omroep WNL Marieke Smits zegt dat ze het leed van de horecaondernemers begrijpt, maar benadrukt dat de horeca geen 'ondergeschoven kindje' is. "Die lobby blijft groot. Je ziet veel horecaondernemers in de media. Het is niet alsof ze niet ter sprake komen in de overleggen van het kabinet", zegt ze. "Ze weten ook hoe groot deze klap is. Maar ze moeten ergens streng blijven."
Dat er veel onduidelijkheid is over de koers waarop het kabinet vaart als het gaat om de horeca, geeft Smits toe. "Dat was natuurlijk ook toen ze die maatregel instelden, dat mensen zich afvroegen of het symbolisch was", zegt ze. "Maar ze zijn er mee bezig. Dat zie je ook aan die proeven die ze willen gaan doen."
Het kabinet start in de komende weken met experimenten die er, als alles goed gaat, voor kunnen zorgen dat restaurants voor het einde van het jaar weer open kunnen. Bij deze proeven wordt er bijvoorbeeld gekeken of het veilig is om met vier mensen aan een tafel te eten wanneer er kuchschermen worden neergezet.