Staatsbezoek aan Suriname is na beladen moment 'vooral een vrolijke bedoeling'
De laatste dag van het staatsbezoek van de koning aan Suriname is aangebroken. Waar gisteren in het teken stond van het bedrijfsleven en het proeven van frisdrank, staat deze laatste dag vooral in het teken van de recente verzoening.
Koning Willem-Alexander en koningin Máxima zijn sinds maandag op staatsbezoek in Suriname. In dit eerste bezoek sinds 1978 maakte de koning excuses voor het slavernijverleden. Nazaten van tot slaaf gemaakten en de inheemse bevolking accepteerden de excuses en het verzoek om vergiffenis. Het was een beladen moment dat op dag één van het staatsbezoek al plaatvond.
"Dat is typerend voor het koningspaar", zegt koningshuisdeskundige Justine Marcella in Goedemorgen Nederland op NPO1. "Ze willen direct de pleister eraf trekken en gaan moeilijke gesprekken niet uit de weg." Ze verwijst daarbij naar een eerder gebeurtenis in Curaçao. "Toen stonden er mensen langs de route te protesteren. Willem-Alexander stopte de stoet en ging met de mensen in gesprek."
Opluchting
Dat de eerste dag zo beladen was, was niet direct aan het koningspaar te merken. "Dat kwam pas later. Tijdens het frisdrankproeven in de fabriek van Fernandes waren de twee behoorlijk uitgelaten. Ze leken echt opgelucht en je zag een soort ontlading bij ze. Willem-Alexander maakte ook grapjes, dat past ook wel echt bij hem", aldus Marcella.
Volgens Marcella is de handreiking naar Suriname echt gemaakt. "Het is vervolgens echt aan Den Haag wat er dan verder gaat gebeuren. Er werd bijvoorbeeld eerder gesproken over herstelbetalingen. Daar gaat de koning niet over. Dat is echt de politiek."
Herstelbetalingen
Inmiddels is al wel 66 miljoen euro vrijgemaakt voor kennis en bewustwording over het slavernijverleden. Maar van verdere herstelbetalingen is nog geen sprake. Suriname heeft al eerder aangegeven het er niet bij te willen laten zitten. "De slavernij en de bezetting van ons land door Nederland hebben geleid tot structurele achterstand van inheemsen en Afro-Surinamers. Voor ons heeft erkenning van onze collectieve rechten grote prioriteit", zei Wilgo Hesdy Ommen namens het overlegorgaan van Surinaamse leiders eerder.