Steeds meer meldingen van vermoeden hondsdolheid bij Nederlanders
Het aantal meldingen van Nederlandse reizigers die denken dat ze rabiës, oftewel hondsdolheid, hebben opgelopen blijft stijgen. Dat meldt de Nederlandse alarmcentrale Eurocross.
Dit jaar zijn tot dusver meer dan vijfhonderd meldingen binnengekomen met het vermoeden van de dodelijke infectieziekte. Dat is een stijging van 21 procent ten opzichte van een jaar eerder. Het aantal meldingen steeg in de twee voorgaande jaren ook al.
De meeste meldingen komen dit jaar uit Indonesië, Thailand en "iets minder voor de hand liggend" Turkije, aldus de alarmcentrale. In dat laatste land is het aantal meldingen met 29 procent toegenomen ten opzichte van een jaar eerder. In Turkije wordt vaak geen immunoglobuline gegeven aan een ongevaccineerd persoon met een bloedende beet om besmetting te voorkomen, meldt Floriana Luppino, arts bij Eurocross. Dan moeten mensen "halsoverkop" terug naar Nederland.
"De recente toename in meldingen laat zien dat ook populaire vakantiebestemmingen niet zonder gevaar zijn", aldus Angela Looyé van Eurocross. Toch laten veel mensen die naar bijvoorbeeld Turkije gaan zich niet vaccineren, "simpelweg omdat ze het risico niet kennen of onderschatten".
Mensen lopen hondsdolheid voornamelijk op via hondenbeten, maar ook onder meer katten, vleermuizen en apen kunnen het virus hebben en overdragen via beet, krab of lik, aldus Eurocross. Rabiës komt in ruim 150 landen voor, onder meer in delen van Oost-Europa, Afrika, Azië en Zuid- en Midden-Amerika. Jaarlijks overlijden zo'n 60.000 mensen aan de ziekte.