Reservisten in de zorg: twee werelden, één missie: 'Mensen helpen die voor onze vrijheid vechten'
Reservisten zijn in Nederland misschien wel harder nodig dan ooit tevoren. Defensie wil het aantal parttime-militairen de komende jaren uitbreiden naar 20.000 in diverse sectoren, waaronder de zorg. In de nieuwe aflevering van de podcast Stand van Nederland: Wereld op Scherp wordt ingezoomd op hoe reservisten een maatschappelijke bijdrage kunnen leveren.
Colette, operatieassistent in het UMC Utrecht en reservist, staat centraal in de aflevering. Als 16-jarig meisje wilde ze niets liever dan bij het Korps Mariniers, maar omdat er destijds nog geen vrouwen werden toegelaten, ging haar droom in vlammen op. "Ik kom uit een militaire familie en wilde eigenlijk altijd al iets bij Defensie doen", zegt ze in de podcast.
Jaren later, tijdens haar opleiding in het UMC, diende de perfecte kans zich aan. Het UMC Utrecht werd een zogeheten 'relatieziekenhuis' van Defensie. "En toen dacht ik, dit is mijn kans," vertelt Colette. "Dus toen heb ik me eigenlijk als één van de eersten aangemeld."
Luister naar de podcast van Stand van Nederland: Wereld op Scherp:
Na haar toelating volgde een transformatie. Colette volgde de acht weken durende civiel medische personeelsopleiding aan de KMA in Breda. "Je wordt dan eigenlijk een beetje groen geschilderd en gaat bij alle krijgsmachtonderdelen langs", legt ze uit. Een bivak, waarbij ze met haar hele hebben en houden buiten in een tent sliep, was onderdeel van de opleiding.
Geavanceerde traumacursus
Als reservist voert Colette in de basis dezelfde werkzaamheden uit als in het ziekenhuis, maar dan in een veldhospitaal of een andere setting. Deze dubbelrol creëert een duidelijke win-winsituatie. De vaardigheden die ze bij Defensie opdoet, neemt ze direct mee terug naar haar baan in het UMC. Ze volgde bijvoorbeeld een geavanceerde traumacursus. "Meestal is die voor de artsen en voor de anesthesiologen", zegt Colette. Die extra kennis zorgt ervoor dat collega’s haar nu soms dingen laten doen die ze normaal niet zou doen.
De kans om uitgezonden te worden op een missie is iets wat ze volledig omarmt. "Dat is ook een van de redenen dat ik bij Defensie ben gegaan," zegt ze. Haar motivatie is diepgeworteld en helder: "Ik vind het een heel mooie taak dat wij de mensen kunnen helpen die voor onze vrijheid vechten. Ik hoop natuurlijk nooit dat iemand gewond raakt. Maar als het dan toch gebeurt, dan is het mooi dat iemand wel dezelfde zorg kan krijgen als dat ze in Nederland zouden krijgen."