Timers en raders straks verleden tijd: webshop Shein op de vingers getikt door Europese waakhond

De van oorsprong Chinese modewebwinkel Shein moet meer doen bij het naleven van Europese regels voor consumentenbescherming, anders dreigen er boetes. Dat zeggen het netwerk van nationale consumentenautoriteiten CPC en de Europese Commissie na onderzoek van verkooppraktijken van Shein, dat bij onlineshoppers vooral bekend staat om zijn goedkope fastfashionkleding.

Het onderzoek werd in februari aangekondigd. Volgens de onderzoekers worden op het platform van Shein bijvoorbeeld nepkortingen aangeboden of worden producten met misleidende informatie of duurzaamheidsclaims verkocht. Ook kunnen klanten onder druk worden gezet om snel spullen aan te schaffen door valse deadlines voor aankopen te stellen. Verder is Shein volgens de onderzoekers moeilijk bereikbaar voor vragen of klachten van consumenten.

Shein krijgt nu een maand de tijd om te reageren en toezeggingen te doen om consumenten beter te beschermen tegen misleidende praktijken. Dan kan het gesprek worden aangegaan met Shein. Als Shein geen actie onderneemt kunnen boetes worden opgelegd. Het onderzoek gaat in de tussentijd gewoon door.

Het onderzoek wordt mede geleid door de Autoriteit Consument & Markt (ACM). De ACM zegt dat Shein de website moet aanpassen, zodat deze voldoet aan de regels. De toezichthouder wijst daarbij ook op oneerlijke concurrentie voor webshops die zich wel aan de regels houden.

"Shein is in veel Europese landen actief. Omdat het in al die landen de rechten van consumenten schendt, is het belangrijk om hiertegen samen een vuist te maken. Samen moeten we ervoor zorgen dat de overtredingen worden gestopt. Dat is goed voor consumenten. En voor online aanbieders die zich wel aan de regels houden", zegt ACM-bestuurslid Martijn Ridderbos.

Shein werd opgericht in China en is nu gevestigd in Singapore. "Alle bedrijven die zich richten op EU-consumenten moeten volgens onze regels spelen. De actie van vandaag is een duidelijke boodschap: we zullen niet schromen om e-commerceplatformen ter verantwoording te roepen waar ze ook zijn gevestigd", stelt Eurocommissaris Michael McGrath (Consumentenbescherming).