Terry schaamde zich voor zijn vader in de gevangenis, nu helpt hij andere kinderen van gedetineerden
Het huilen, krijsen en schreeuwen van jonge kinderen die afscheid moesten nemen van papa in de gevangenis. De 31-jarige pianist Terry kan het zich nog goed voor de geest halen. Ook zijn vader zat acht jaar achter de tralies. Hij schaamde zich destijds. Inmiddels zet de Enschedeër zich in om kinderen van gedetineerden te helpen en adviseert hij beleidsmakers. Onlangs presenteerde Terry het boekje Ik ga naar Papa!
''Ik sloot me af voor de hele wereld'', vertelt Terry in de slotaflevering van de WNL-serie Brandmerk. ''In de ochtend op het schoolplein, schoolreisjes, het zijn van die momenten waarop je andermans ouders ziet, maar je eigen ouder is er niet. Ik vond het moeilijk om daarmee om te gaan, het deed pijn, maar ik praatte er niet over.''
Terry groeide op in een redelijk stabiel gezien in het Zuid-Limburgse Heerlen. ''Mijn ouders werkten hard. Een echt arbeidersgezin.'' Alles veranderde toen zijn vader op zijn 10e werd opgepakt. Hij kreeg acht jaar gevangenisstraf opgelegd. ''Ik moest via de media vernemen dat mijn vader naar de gevangenis zou gaan. Dat maakte impact. Ik twijfelde niet aan de berichtgeving. Het was vrij duidelijk.''
Terry deelt liever niet waarvoor zijn vader heeft gezeten. ''Het is voor ons al zo lang geleden. Mijn vader leidt nu zijn eigen leven. Aan de andere kant zijn slachtoffers. Die willen daar niet telkens mee geconfronteerd worden. Het is niet aan mij om het erover te hebben.''
Smoezen op school
Veel gevangenissen hebben tegenwoordig een speciale familiekamer, maar Terry moest naar het reguliere bezoekuur om zijn vader te zien. Dat kon alleen doordeweeks, onder schooltijd. ''Dat vond ik heel lastig. Ik moest telkens allerlei smoezen verzinnen op school. Ik schaamde me.''
Gelukkig voerde het gevangeniscomplex in Sittard op een gegeven moment kindvriendelijke bezoekmomenten in. ''Binnen de muren was de schaamte er niet. Iemand van mijn school kwam ook een ouder bezoeken. Buiten de gevangenis bleef dat een groot geheim.''
Terry zegt dat hij met veel maskers door het leven ging. Hij was als de dood dat vrienden, familieleden en kennissen achter zijn geheim zouden komen. ''Achteraf gezien was ik er denk ik niet op aangekeken. Mensen zeggen nu: 'Had dat nou verteld, want dan hadden we extra kunnen helpen.'''
De Enschedeër kan zich vooral jonge kinderen van een jaar of zes herinneren. ''Het krijsen, schreeuwen en huilen is me altijd bijgebleven'', zegt hij. ''Buiten konden we nog zwaaien naar mijn vader. Toen wist ik niet beter. Achteraf denk ik: dit is geen setting waarin een kind terecht moet komen.''
Onzichtbare groep
Als ambassadeur van de stichting Exodus wil Terry 'een onzichtbare groep in Nederland' een stem geven. ''Het is belangrijk dat mensen weet hebben van dit onderwerp. Ondanks de gevangenisstraf van mijn vader is het me gelukt om bepaalde dingen te bereiken. Daarom vertel ik mijn verhaal. Vooral aan beleidsmakers, zodat ze daadwerkelijk beleid gaan maken.''
Terry heeft in zijn eigen woonplaats in ieder geval heel wat voor elkaar gekregen. De gemeente Enschede gaat zich actief inzetten om trauma's van kinderen van gedetineerden te voorkomen of beperken. ''Dat is uniek in Nederland.'' In dezelfde plaats presenteerde Terry onlangs het boekje Ik ga naar Papa, dat kinderen voorbereidt op het leven met een ouder in de gevangenis.