Hans Faber dook in tbs-wereld na moord op zijn nichtje: 'Ongemak niet uit de weg gaan'
Journalist Hans Faber schreef een boek over zijn nichtje Anne Faber, die door tbs-patiënt Michael P. werd vermoord. Het boek kwam tot stand nadat hij een jaar lang meerdere keren een tbs-kliniek vrijwillig bezocht. Wat hij daar aantrof noemt hij in Goedemorgen Nederland op NPO 1 "verwarrend".
Schrijver Faber kwam in 2017 in het nieuws als familiewoordvoerder na de moord op zijn nichtje. Na deze periode schreef hij met zijn broer, de vader van Anne, het boek Anne, kroniek van een zoektocht. Dat boek tekende het begin van een lange zoektocht om de tbs-wereld beter te begrijpen.
Hij verdiepte zich in het tbs-systeem, tbs-patiënten, hun verhalen en behandelingen. Het nieuwe boek TBS is de uitkomst. "Op een gegeven moment dacht ik: ik moet dat ongemak niet uit de weg gaan, maar omarmen en kijken of ik er iets moois van kan maken. Het gaf antwoorden op vragen die ik had."
'Niet zo zwart-wit als mensen denken'
In de nasleep van van het drama woonde hij een Kamerdebat bij dat ging over hoe het kon dat dader Michael P. daar vrij kon rondlopen. "Toen viel het mij op dat, op een paar uitzonderingen nagelaten, Kamerleden niet goed wisten hoe het in de forensische zorg werkt. Zelfs de minister had moeite om vragen te beantwoorden. Kennelijk weet niemand precies hoe het werkt."
Daarop besloot Faber actie te ondernemen. Hij maakte een documentaire en schreef op wat hij in de klinieken meemaakte. Hij wil met zijn verhaal de complexe binnenwereld van het tbs-systeem toegankelijker maken voor het publiek. "Sommige mensen hebben meerdere kanten. Er zitten veel tinten grijs, vele tinten zwart en sommige tinten gitzwart. Dat loopt allemaal door elkaar. Het is niet zo zwart-wit als mensen denken."
'Je krijgt toch een band'
Aan zijn bezoeken hield Faber een dubbel gevoel over. "Ik was onder de indruk van de toewijding van capabele medewerkers, maar ik ben ook patiënten tegengekomen waarvan ik schrok. Het is heel dubbel. Ik ben de kliniek ingegaan zonder kennis vooraf van patiënten, zodat ik mensen leerde kennen die soms ook innemend en aardig waren. Als je daar langere tijd rondloopt zonder te weten wat ze hebben gedaan, krijg je toch een band."
Na verloop van tijd stelde hij de vraag waarom ze vastzaten. "In twee gevallen ben ik daar enorm van geschrokken. Het rare is dat het beeld van de persoon die je hebt leren kennen totaal niet strookt met de persoon die je in de krantenartikelen of dossiers leest." Kortom: "mijn sociale antenne werkte in de kliniek niet, maar waarschijnlijk ook daarbuiten heel gebrekkig".
Dader vergeven is lastig
Een dader vergeven is lastig, ook als je een band met diegene opbouwt, zegt Faber. "Maar bij een aantal patiënten kan je teruggaan naar waar het mis is gegaan en kan je nog enigszins begrijpen waardoor het is gekomen. Alleen is er ook een categorie waar geen enkel excuus of reden is."
Na de moord op zijn nichtje en zijn ervaringen in de tbs-klinieken, is Faber ervan overtuigd geraakt dat de dader, Michael P., tot de gitzwarte categorie behoort. "En ook een categorie waarin ze zich binnen de tbs-kliniek afvragen wat ze met deze mensen moeten. Je gaat volgens het systeem een behandeling in. Dat betekent dat je tien tot vijftien jaar lang aan een persoon moet trekken en duwen om te kijken of hij ooit nog naar buiten kan. Dat werkt niet voor iedereen."
Het boek is een "verzamelbak van verschillende mensen die daar rondlopen en allemaal de tbs-stempel hebben. Sommigen kunnen wel weer veilig naar buiten, maar een categorie ook niet". Met zijn boek wil hij de misstanden die over de tbs-wereld bestaan uit de wereld helpen. "Ik hoop dat lezers daar een beter beeld van krijgen."