Dierentuinen moeten met hun tijd meegaan, zegt adviesraad
Dierentuinen moeten meegaan met hun tijd. Dat stelt de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA). Om dat voor elkaar te krijgen, oppert de adviesraad van de bewindspersonen van het landbouwministerie vier randvoorwaarden waaraan dierentuinen zich zouden moeten houden. Zo zouden ze bezoekers aantoonbaar moeten informeren over het natuurlijke gedrag van dieren en openheid moeten geven over ethische dilemma's rond het houden van dieren in een park.
Ook moeten dierentuinen onder meer zorgen voor een waardig bestaan voor de dieren en inzetten op het behoud van biodiversiteit. Dat kan bijvoorbeeld via fokprogramma's, wetenschappelijk onderzoek en het opvangen van wilde diersoorten, aldus de raad.
De raad meldt op eigen initiatief te hebben gekeken naar hoe het bestaan van dierentuinen houdbaar kan blijven. Aanleiding hiervoor was de constatering dat er jaarlijks miljoenen bezoekers naar dierentuinen gaan, maar dat er tegelijkertijd ook kritiek is.
De raad hield onder meer een publieksenquête om tot de aanbevelingen voor de overheid en dierentuinsector te komen. De toekomstvisie geldt voor alle tientallen dierentuinen die Nederland telt, maar vanwege de grote verschillen "zal niet elk onderdeel op dezelfde manier van toepassing zijn op alle instellingen".
Verbeterpunten dierenwelzijn
Wineke Schoo, directeur van de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen, deelt de visie van de RDA. Volgens haar gebeurt er al veel om dierentuinen mee te laten gaan met de tijd. Dierenwelzijn is terecht een belangrijk punt, stelt Schoo. Zij legt uit dat aan de hand van wetenschappelijk onderzoek steeds meer verbeterpunten aan het licht komen op het gebied van dierenwelzijn. Innovatie in dierentuinen is volgens haar constant nodig. "Goede moderne dierentuinen zagen er 25 jaar geleden anders uit en over 15 jaar zal dat ook weer anders zijn".
Volgens Schoo is het "goed" dat de verkenning van de RDA er is zodat de wetgever ermee aan de slag kan. Ze doelt daarbij niet op extra regels, maar wel op bijvoorbeeld een manier om te meten of dierenparken genoeg inzetten op bewustwording over natuur.