Verbod op nulurencontract en verplichte verzekering voor zzp’ers: dit zijn de plannen van minister Van Gennip
Nulurencontracten worden verboden, mensen moeten sneller een vast contract krijgen en zzp'ers moeten verplicht verzekerd zijn tegen arbeidsongeschiktheid. Met deze ingrijpende maatregelen hoopt minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) de arbeidsmarkt meer in balans te brengen, en bij Goedemorgen Nederland legt ze uit wat ze precies voor ogen heeft.
Het pakket van de minister is gebaseerd op het advies van commissie-Borstlap, de commissie die in 2020 in opdracht van het kabinet adviseerde over de nieuwe regels rond werk. Hoewel dat inmiddels drie jaar geleden is, zijn de plannen volgens Van Gennip niet achterhaald. "Die plannen maak je voor tientallen jaren", zegt ze. "En je weet niet of er over een paar jaar nog steeds arbeidsmarktkrapte is."
Wat nu is te zien is dat de huidige krapte zich wel vertaalt naar hogere salarissen, maar niet per se naar meer vaste contracten, zegt Van Gennip. 40 procent van de werknemers heeft op dit moment geen vast contract. "En daar zijn een paar goed verdienende zzp'ers bij, maar er zijn ook mensen bij die niet weten of ze hun huur kunnen gaan betalen, omdat ze niet weten hoeveel uren ze gaan werken. Er zijn mensen bij met jaarcontract op jaarcontract, die daardoor geen hypotheek kunnen krijgen."
Na drie tijdelijke contracten vast in dienst
Van Gennip wil voor deze mensen voor meer perspectief zorgen. Zo wordt onder meer verplicht dat werknemers die voor de derde keer een tijdelijk contract hebben gekregen, daarna in vaste dienst worden genomen. Als dat niet gebeurt, mag het bedrijf deze werknemers pas vijf jaar later weer een nieuw tijdelijk contract aanbieden. Nu is die contractpauze nog zes maanden. "Na drie keer een tijdelijk contract weet je echt wel of je iemand vast wil aannemen of niet. Dat moet je dan ook netjes vertalen in een vast contract", zegt de minister. Zij denkt dat deze stimulans ook echt zal werken om mensen vaker een vast contract te geven. "Ik denk als mensen goed zijn en de werkgever wil ze graag, dan hoort dat er ook bij."
Basiscontract in plaats van nulurencontract
Voor het nulurencontract komt het 'basiscontract' in de plaats, waardoor oproepkrachten een vast aantal uren per week krijgen. Lang niet alle werkgevers zijn daar enthousiast over, zoals Tom Griffejoen, die eigenaar is van een bouwbedrijf. "We doen veel bij de mensen thuis, grote en kleine projecten. We hebben loodgieters, elektriciens en timmermannen", legt hij uit bij Goedemorgen Nederland. "De ene week staan we kozijnen te plaatsen en zijn we met zijn drieën of vieren, de andere week heb ik nog meer klussen en moeten we met 10 tot 12 mensen werken. Als ik geen nulurencontracten heb, moet ik ze constant doorbetalen en gaat het bedrijf uiteindelijk failliet." Bovendien maakt hij zich zorgen dat wanneer hij iemand vast in dienst neemt, deze persoon uiteindelijk "helemaal geen capaciteit blijkt te hebben".
Van Gennip reageert dat de benodigde flexibiliteit ook in een basiscontract kan worden vastgelegd. Daarmee heeft een werknemer een minimum aantal uren, die sowieso betaald moeten worden. Als bovengrens heeft de werknemer een maximum aantal beschikbaarheidsuren, namelijk 130 procent van de garantie-uren. Binnen deze beschikbaarheidsuren moet de werknemer gehoor geven aan een oproep. Uren daarboven, mag de werknemer weigeren. Van Gennip: "Dus iemand oproepen blijft nog steeds mogelijk."
Verder kun je ook jaarurennorm-contracten afsluiten, legt de minister uit. "Dat betekent dat je iemand een vast aantal uren betaalt, maar dat je een fluctuerend aantal uren werkt. Zoals bijvoorbeeld bij bedrijven waar tijdens de kerst of juist tijdens de zomer veel meer gewerkt wordt."
Wat het minimum aantal uren wordt - in plaats van zo'n nulurencontract - staat nog ter discussie. "Daarbij geldt wel dat als je structureel heel veel overwerk hebt, dus je geeft iemand een contract voor 1 uur en je laat die persoon steeds 20 uur werken, moet je na een kwartaal of een jaar het aantal basisuren verhogen", zegt Van Gennip.
Arbeidsongeschiktheidsverzekering
Dan nog de arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp'ers. Daar zijn er 1,2 miljoen van in Nederland. "Wat ik heel belangrijk vind is dat mensen verzekerd zijn als ze langdurig ziek worden", zegt Van Gennip. Meer dan 70 procent heeft geen verzekering op dit moment. "En het kan iedereen gebeuren: van je fiets vallen, tijdens je werk, of een hersenbloeding krijgen, buiten je werk: dan heb je dus niks om op terug te vallen."
Een groot gedeelte van die zzp'ers heeft ook weinig eigen vermogen, weet de minister. "En degenen met spaargeld moeten eerst hun spaargeld opmaken, hun eigen huis opeten, voordat je toekomt aan die bijstand, en dan kunnen mensen echt in armoede terechtkomen."
De Tweede Kamer debatteert dinsdagavond over deze plannen.