COA en gemeentes veroorzaken onbedoeld verdienmodel rond opvang asielzoekers
Het Centraal Opvang Asielzoekers (COA) heeft een minder dikke portemonnee dan gemeenten en daardoor haalt het COA mogelijk de doelstelling niet om het aantal opvangplekken voor eind 2023 uit te breiden. Daarover schrijft het Financieele Dagblad.
Het is een ware concurrentiestrijd aan het worden tussen het COA en gemeentes om Oekraïense vluchtelingen en asielzoekers op te vangen. De voorkeur van locatieverhuurders gaat daarin veelal uit naar Oekraïense vluchtelingen, omdat tegenover het huisvesten van die groep een grotere vergoeding staat dan het opvangen van andere asielzoekers.
Hierdoor ontstaat ook een soort onbedoeld verdienmodel. Het commerciële belang van hotels en vakantieparken - waar veel asielzoekers en vluchtelingen gehuisvest worden - speelt daarin een grote rol. Gemeentes zijn daarnaast ook bereid om een hogere vergoeding aan verhuurders te verstrekken dan het COA.
Het doel van het COA om voor eind volgend jaar 75.000 opvangplekken te realiseren (nu zijn het er 25.000) dreigt door de huidige stand van zaken in het water te vallen. Een mogelijk gevolg kan zijn dat er dus minder opvangplekken komen voor asielzoekers, waardoor mensen weer buiten komen te slapen, zoals dit jaar eerder het geval was in Ter Apel. Doordat de druk op het COA nu extra hoog ligt, voelen veel vastgoedeigenaren ook dat er meer onderhandelingsruimte is bij het COA dan bij gemeentes.
'Pijnlijke zaak'
"Dat is een hele pijnlijke zaak. Daar moet je geen onderscheid in maken. Iedereen verdient een goede opvang", zegt wethouder onderwijs in Rotterdam Said Kasmi bij Goedemorgen Nederland op NPO 1.