Staat de toekomst van onze sfeervolle binnensteden door de groeiende leegstand op het spel?
Een gezellige en sfeervolle binnenstad met veel winkels, dat wil iedere stad en zeker elke millenial. Maar de leegstand van de afgelopen jaren is alleen maar toegenomen en de torenhoge inflatie en de energieprijzen zorgen ervoor dat steeds meer ondernemers de kosten niet meer kunnen dragen. Hoe ziet de winkelstraat van de toekomst eruit? Dat onderzoekt Jill Bleiksloot in Stand van Nederland: Generatie Next.
De afgelopen tien jaar moesten veertienduizend winkels hun deuren sluiten. De winkel van Soezy Feijsman uit het Zuid-Hollandse Brielle is er daar één van. Feijsman runt al 40 jaar hetzelfde wolwinkeltje en heeft de winkelstraat zien veranderen. "Vroeger verkocht ik in een weekend 15 naaimachines. Nu mag ik blij zijn als ik er in een jaar tijd 15 verkoop." De online verkoop is voor Feijsman een doorn in het oog. "Corona heeft het alleen maar erger gemaakt. Mensen zijn daarna niet meer teruggekomen."
Ook gemeenten worstelen met de leegstand die daardoor is ontstaan. Jeroen Roose-van Leijden is centrummanager in Utrecht en ziet het probleem alleen maar groter worden. "Met name de grote ketens zijn weggetrokken uit de binnensteden. Die zitten vaak in een groot pand." Die panden zijn veel te duur voor kleinere winkeliers of startende ondernemers. "Er is dan een verbouwing nodig waardoor het pand wordt opgeknipt. Hierdoor wordt het weer haalbaar voor de kleinere ondernemers." Daar helpt vaak de gemeente bij.
Toekomst
Desondanks denkt Roose-van Leijden dat de winkelstraat van de toekomst er heel anders gaat uitzien. "Er zullen ook andere organisaties en instanties op afkomen, zoals kunstenaars bijvoorbeeld." Vanuit de gemeente wordt er van alles aan gedaan om leegstand tegen te gaan. Zo krijgen startende ondernemers subsidie en zijn er ook voor andere ondernemers potjes om aan te boren. Maar: "Het is wel de bedoeling dat de subsidie niet jarenlang doorloopt."
Dat betekent hard werken voor de starter, zoals Suzan Becking. Zij runt een porseleinwinkeltje in de binnenstad van Utrecht. "Ik had dit niet zonder de gemeente gered. Het gaat om heel veel geld en je moet ook best een buffer hebben om dit zonder zorgen te kunnen doen." Het pand waarin Becking haar kopjes en schaaltjes verkoopt kost zo'n tweeduizend tot 2,5 duizend euro per maand. "Maar dan heb je verder nog niks qua aankleding, personeel of spullen."
Ondanks de subsidie en het harde werk, vreest Roose-van Leijden dat veel ondernemers het niet gaan redden. Uit onderzoek van de ABN Amro komt naar voren dat het consumentenvertrouwen historisch laag is, terwijl de inflatie historisch hoog is. "De kerstperiode komt er weer aan en dat is voor veel ondernemers een ontzettend belangrijke periode in het jaar. Niet iedereen zal het door de huidige situatie gaan redden."