OVV kritisch op corona-aanpak: door rol Van Dissel kon overheid niet breder kijken
Het Outbreak Management Team (OMT) en het kabinet hadden vooral oog voor het bestrijden van het coronavirus. Dat perspectief bleef dominant en dat komt doordat RIVM-baas Jaap van Dissel "in vrijwel alle crisisteams aanwezig was", concludeert de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV).
Volgens de raad maakte "de dominantie van dit perspectief het moeilijker voor adviseurs en besluitvormers om breder te kijken dan het thema infectieziekten".
Van Dissel is voorzitter van het OMT, dat het kabinet de afgelopen twee jaar heeft geadviseerd over de aanpak van het coronavirus. Hij is directeur van het Centrum Infectieziektebestrijding van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Daarnaast is hij hoogleraar infectiezieken bij het universitair ziekenhuis LUMC in Leiden.
Omgaan met crises
Meer scenario's uitwerken, beter leren improviseren en kwetsbare groepen snel identificeren. Het is een greep uit de maatregelen die de overheid volgens de OVV kan nemen om beter voorbereid te zijn op een volgende "maatschappij-ontwrichtende crisis".
De raad stelt in haar rapport over de corona-uitbraak in Nederland dat "enige terughoudendheid" vereist is, aangezien de crisis nog niet voorbij is en vervolgonderzoek nog loopt. Toch zien de onderzoekers al diverse mogelijkheden om de omgang met langdurige crises te verbeteren. Alle aanbevelingen hierover zijn gericht aan het kabinet.
Het omgaan met onzekerheden is een belangrijk overkoepelend punt. In de eerste plaats raadt de OVV het kabinet aan de voorbereiding op crises te versterken "door scenario’s uit te werken met de denkbare consequenties en de wijze waarop deze het hoofd geboden kunnen worden." De volgende stap is het bepalen van de "status van paraatheid".
Improvisatievaardigheden kan de overheid bijvoorbeeld ontwikkelen door te oefenen. Ook het gebruik van data moet in adviezen en besluiten worden betrokken. "Zorg daarmee voor een zo goed mogelijk actueel beeld van het verloop van de crisis en inzicht in de uitvoering en effectiviteit van de maatregelen."
De OVV vindt dat de minister van Volksgezondheid tijdens gezondheidscrises meer bevoegdheden moet krijgen om problemen "effectief te kunnen aanpakken". Deze minister moet "rechtstreeks bindende aanwijzingen" kunnen geven. Ook de advisering moet beter, vindt de raad. Die raadt aan om naast de advisering voor de korte termijn "parallel en afzonderlijk" ook te regelen dat adviezen voor de lange termijn worden gegeven.
Samenhang
Door de opzet van het onderzoek van de OVV naar de aanpak van de coronacrisis is de "samenhang tussen bepaalde onderwerpen" uit het zicht geraakt. Dat schrijft toenmalig minister van Volksgezondheid Hugo de Jonge in een reactie op de bevindingen die zijn opgenomen in het rapport.
Volgens De Jonge was het onvermijdelijk dat in het onderzoek is gekeken naar losse deelonderwerpen, maar is de totale context daardoor niet goed in beeld gekomen. Zo werden algemene coronamaatregelen ook genomen om de kwetsbare mensen die in verpleeghuizen wonen te beschermen.
"Dit werpt ook een ander licht op de conclusie dat de situatie in verpleeghuizen onvoldoende aandacht kreeg, nog afgezien van het feit dat juist vroeg in de crisis is besloten tot het bezoekverbod, een van de meest ingrijpende maatregelen tijdens de gehele coronacrisis."
De Jonge verzet zich ook tegen het idee dat Nederland begin 2020 niet goed was voorbereid op een pandemie. "Op dat moment werden ernst en impact van infectieziektes wel degelijk op hun waarde geschat op basis van de toenmalige (wetenschappelijke) kennis."
De OVV legde het conceptrapport eind vorig jaar voor aan De Jonge, om zijn reactie te formuleren. Die telt zes pagina's. OVV-voorzitter Jeroen Dijsselbloem noemt de brief "opvallend" en stelt dat de OVV veel van de kritiek van De Jonge weerlegt in het rapport.
"Ik snap het, er is ongelooflijk hard gewerkt, maar er moet een bereidheid zijn om ook terug te kijken en lessen te leren", aldus Dijsselbloem die benadrukt dat hij dat niet alleen in de richting van De Jonge en het ministerie zegt, maar "breed". "Vanuit een verdediging worden we meestal niet beter. Laten we er open naar kijken."