Sneltests minder nauwkeurig bij omikron, waarschuwt de VS-toezichthouder
Sneltests geven meer kans op een vals negatief resultaat bij besmetting met de omikronvariant in vergelijking met eerdere varianten. Daarvoor waarschuwt de Amerikaanse medicijnwaakhond FDA.
"Vroege gegevens suggereren dat antigeentests de omikronvariant detecteren, maar mogelijk een verminderde gevoeligheid hebben", zegt de FDA. 'Gevoeligheid' is een maatstaf voor hoe waarschijnlijk het is dat een test een besmetting kan vaststellen.
De FDA is tot die conclusie gekomen na een gezamenlijke studie met de Amerikaanse gezondheidsorganisatie NIH. In die studie werden de prestaties gemeten van sneltests, ook bekend als antigeentests, met monsters die levende versies van de omikronvariant bevatten.
Bij symptomen wel PCR-test doen
De FDA blijft het gebruik van antigeentests toestaan, met de aantekening dat mensen ze moeten blijven gebruiken in overeenstemming met de instructies. Zo schrijven sommige sneltests voor om een tweede test uit te voeren, na een bepaalde periode. Daarmee kan een negatief resultaat bevestigd worden.
Als iemand negatief test met een sneltest maar wel covid-19-symptomen heeft of is blootgesteld aan iemand met covid-19, dan adviseert de FDA om toch een PCR-test te laten doen.
De omikronvariant is sinds dinsdag officieel dominant geworden in Nederland. Dat betekent dat het bij meer dan de helft van alle vastgestelde besmettingen om die virusversie gaat. De deltavariant is verdrongen naar de tweede plaats.
LEES OOK: RIVM: omikronvariant coronavirus is nu dominant in Nederland