Avondklok een uur korter: ‘Handhaving is niet te doen’
De avondklok gaat vanaf volgende week om tien in plaats van negen uur in. Dat werd gisteren bekendgemaakt tijdens de persconferentie. Daarmee geeft het demissionaire kabinet gehoor aan de oproep van burgemeesters. Die vrezen problemen met de handhaving doordat mensen zich minder snel aan de avondklok houden wanneer het door de zomertijd langer licht is.
Ernst Kuipers, voorzitter van het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ) zei bij talkshow OP1 dat het opschuiven van een uur niet veel uitmaakt voor het aantal besmettingen. "Dat heeft nauwelijks effect." Volgens hem zou de maatregel vooral bedoeld zijn om het handhaven van de maatregel te behouden.
Bestuurlijke afweging
Verwarring alom. Want zei Mark Rutte tijdens een coronadebat in de Tweede Kamer op 21 januari niet dat de avondklok tussen 20:00 en 21:00 uur moest aanvangen? "Daarna neemt het effect enorm af."
Gisteren was de boodschap van de demissionair premier tegenover de pers dat de maatregel weliswaar minder, maar wel effectief blijft. Hoeveel minder effect, daar moest hij het antwoord op schuldig blijven. "Het OMT zegt dat je niet precies kunt berekenen wat het effect daarvan is." De afweging was vooral een bestuurlijke. "Wat is epidemiologisch het prettigst versus wat is in de handhaafbaarheid verstandig?"
'Niet te doen'
Het OMT adviseerde het kabinet om de avondklok zoals die nu geldt, van 21:00 tot 4:30, te behouden. Ook Rutte was daar in eerste instantie voorstander van. Het handhavingsargument van de politie en burgemeesters gaf uiteindelijk dus de doorslag.
Dat de burgemeesters met de suggestie kwamen begrijpt Yoeri Albrecht, directeur van debatcentrum De Balie wel, zo zegt hij in Goedemorgen Nederland. "Ik hoor van burgemeesters dat de handhaving echt niet te doen is. Het handhavingsprobleem is gewoon groot in de steden, ze zien dat er versoepeling nodig is voor de mensen in hun gemeentes."
LEES OOK: Kerk op Urk laat coronaregels los, gemeente kan weinig doen