‘Zorgmedewerkers en cliënten hebben weinig vertrouwen in richtlijn RIVM over bescherming’
De richtlijn van het RIVM aangaande het wel of niet dragen van een mondkapje in verpleeghuizen of in de thuiszorg moet aangepast worden. Dat vinden de nu verwarde en angstige zorgmedewerkers, zegt Hans Buijing, bestuurder van ZorgthuisNL in Goedemorgen Nederland op NPO 1. Op dit moment hebben de medewerkers en cliënten er weinig vertrouwen in dat het RIVM met een passende richtlijn komt, zegt hij.
Iedere dag neemt het aantal besmettingen in verpleeghuizen, en daarmee de onrust van zorgmedewerkers, toe. Ze worden nauwelijks geïnformeerd over hoe en of ze zichzelf moeten beschermingen. Het RIVM zegt: een verpleger moet een mondkapje dragen wanneer er sprake is van een coronabesmetting. Dat lijkt makkelijk te volgen, maar is een stuk lastiger in de praktijk.
Schrijnende situaties
"Het RIVM maakt richtlijnen die op theorie gericht zijn en die niet altijd in de praktijk herkend worden", verklaart Buijing. Zo komen verpleegkundigen en thuiszorgers bijvoorbeeld ook in ruimtes waar er een vermoeden van een besmetting is, maar geen zekerheid. Zij hebben dan geen beschermingsmiddelen."
"In de richtlijn wordt gezegd: u blijft op afstand, en dat kan ook volgens het RIVM", zegt Buijing. "Maar in de praktijk blijkt dat niet te kunnen. Dat zorgt voor schrijnende situaties waar medewerkers zich onveilig voelen." De zorgdirecteur benadrukt dat iedere medewerker het recht heeft om veilig te werken.
Daarbij legt Buijing uit dat men in dit werk niet slechts 'vluchtig contact' heeft met sommige cliënten. Zo moeten sommige mensen bijvoorbeeld geholpen worden met opstaan. Op die manier is de anderhalve meter afstand niet te waarborgen.
Deur tot deur
Directeur van ouderenbond ANBO, Liane den Haan, geeft aan dat zij platgebeld worden met twijfels over dit onderwerp. "We krijgen veel telefoon van mensen die thuishulp ontvangen, maar nu twijfelen of ze dat nog wel moeten doen omdat die mensen van deur tot deur gaan", zegt Den Haan. Zo gaan thuiszorgmedewerkers op één dag langs verschillende adressen.
Op die manier zijn ook al mensen besmet, weet Buijing. "Er is via die weg nog niemand overleden, maar medewerkers voelen zich in zo'n geval erg schuldig", zegt hij. Ook de ANBO is niet tevreden met de richtlijn van het RIVM: "Wij zijn voor beter voorkomen dan genezen."
Stergevallen en besmettingen
Het aantal geregistreerde sterfgevallen in verpleeghuizen stond dinsdag op 841. Dat betekent een toename van ruim 200 doden sinds de week ervoor. Dat cijfer loopt fors achter bij het werkelijke aantal mensen dat is overleden. Dit komt omdat het gebaseerd is op gegevens van iets meer dan de helft van alle verpleeghuisbewoners in Nederland.
In totaal zijn er nu bijna 3000 bevestigde besmettingen vastgesteld in verpleeghuizen, blijkt uit cijfers die Verenso publiceerde. Bij nog eens 3400 verpleeghuisbewoners bestaat een sterk vermoeden dat ze een infectie hebben. Ook deze cijfers zijn een onderschatting van de werkelijke aantallen. Vandaag nam de sterfte in verpleeg- en verzorgingshuizen voor het eerst sinds de start van de coronacrisis af, melden het CBS en RIVM. Dit geldt niet voor alle provincies: in Zuid-Holland is nog geen daling te zien.
Duidelijkheid
De hoop is dat RIVM zo snel mogelijk de bestaande richtlijnen gaat verduidelijken, voor thuiszorg en verpleeghuizen. Minister De Jonge zei woensdag in het Tweede Kamer-debat dat 'als er voldoende beschermingsmiddelen zouden zijn, je moet doen waar je je gerust bij voelt'. Zo'n uitspraak helpt niet, vindt Buijing.
De discussie over de schaarste blijft de boventoon voeren, maar het moet eigenlijk gaan over de veiligheid: "Wanneer draag je mondmaskers, wat is gepast gebruik, en hoe gaan we ermee om?" Vertrouwen in een passende richtlijn is er nog niet. "Ook cliënten zeggen: het voelt niet veilig", zegt Buijing.
Minister Sander Dekker vindt dat de politiek snel moet ingrijpen. "En dat gebeurt ook. De lijn van het RIVM is ook: kijk naar waar het risico op besmetting het grootst is. Er is mondiaal een tekort aan bescherming, dus we moeten ervoor zorgen dat die middelen bij diegene terechtkomen die het het hardst nodig hebben."