Vermogensongelijkheid neemt af door aantrekkende huizenmarkt
De vermogensongelijkheid daalt sinds 2015. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) komt dat grotendeels door de aantrekkende woningmarkt.
Als een huis minder waard wordt dan de hypotheek die erop is afgesloten, staat het huis zogezegd onder water. Als het huis dan het voornaamste eigen vermogen is, dan is dat dus negatief.
Tussen 2011 en 2015 daalden de huizenprijzen. Daardoor nam het vermogen van veel mensen flink af. Het CBS meldt dat vooral mensen van wie het huis het voornaamste bezit is, daardoor flink in het rood kwamen te staan. Mensen die naast hun huis ander vermogen hadden, hielden meer vermogen over. Daardoor nam de ongelijkheid toe.
Nu de huizenprijzen stijgen, neemt het vermogen van veel mensen dus ook flink toe. Daardoor neemt de ongelijkheid weer af.
Opvallend is dat de vermogensongelijkheid waar de eigen woningen niet in zijn meegenomen, amper is gedaald of gestegen tussen 2011 en 2017.
Inkomensgelijkheid nog laag
De inkomensgelijkheid is niet veel gestegen in Nederland tot 2018. Die blijft vrij laag. Vooral in grote steden zoals Amsterdam, Rotterdam en Groningen is het verschil in inkomen groot. Daar wonen veel studenten en uitkeringsontvangers, maar ook veel mensen met een hoog inkomen.
In rijke en armere gemeenten zijn de verschillen het kleinst, meldt CBS.
