Woede over taakstraf voor kopschoppers: ‘Minstens drie maanden achter de dikke deur’
De lage straf die de rechtbank in Arnhem gisteren oplegde aan zeven jongens die in diezelfde stad twee broers ernstig mishandelden heeft op veel onbegrip gestuit. De verdachten kregen taakstraffen variërend in duur van 40 tot 180 uur. "Veels te weinig! Geen taakstraffen maar celstraffen."
De groep jongens, 16 tot 24 jaar oud, viel op Koningsdag 2016 uit het niks twee broers aan in de Arnhemse Ketelstraat. De slachtoffers, twee jongens van 14 en 18 jaar uit Lunteren, kregen tientallen klappen en zouden ook tegen hun hoofd zijn geschopt. Het oudste slachtoffer hield aan incident een gebroken neus over en de jongste een aantal kneuzingen. Ook de psychische gevolgen waren groot. Beiden kampen met een post-traumatische stressstoornis.
'Minstens drie maanden cel'
Het geweld werd deels vastgelegd op video. Ondanks dit overtuigende bewijs eiste het Openbaar Ministerie toch niet meer dan een taakstraf en de rechter ging hier in mee. WNL peilde op straat de reacties op de lichte straffen. Die konden op weinig begrip rekenen. De meesten vonden een celstraf toepasselijker. "Minstens drie, vier maanden achter een dikke deur."
Advocaat Mark Teurlings, vanochtend te gast bij Goedemorgen Nederland op NPO 1, liet echter een genuanceerder geluid horen. Volgens hem kan het Openbaar Ministerie goede redenen hebben om een lagere straf te eisen, zoals de persoonlijke omstandigheden van een verdachte. "Wij weten niet wat die persoonlijke omstandigheden zijn", aldus Teurlings. Volgens de advocaat zijn de verontwaardigde reacties vooral het gevolg van een gebrekkige motivatie van het vonnis door de rechter. "Daar had inderdaad meer uitleg bij gemogen", aldus Teurlings.
Teurlings zei dat de lage straf ook deels aan het OM te wijten was. Doordat het meer dan een jaar duurde voordat de groep voor de rechter kwam kregen ze een lagere straf opgelegd. Ook de leeftijd van de daders speelde een rol.