NIPT: ‘In China aborteren ze meisjes, hier aborteren we op basis van handicap’
Vanaf vandaag kunnen ouders hun ongeboren vrucht testen op onder meer het down-syndroom, de zogenoemde NIP-test. Ziekenhuizen verwachten een stormloop op de test. Maar er zijn ook enorme twijfels of de test wel ethisch verantwoord is. In WNL op Zaterdag vertelt directeur van de Nederlandse Patiëntenvereniging Esmé Wiegman dat ouders mogelijk op basis van dit syndroom hun kindje aborteren en stelt dat gelijk aan discriminatie.
Is down een ernstige ziekte?
Volgens Wiegman is down geen ernstige ziekte. Dat concludeert ze aan de hand van verhalen die ze krijgt van ouders, als directeur van de patiëntenvereniging. Ze vindt down geen ernstig gezondheidsprobleem dat te behandelen is. "Het zijn kinderen met extra zorg." De NIP-test vernauwt bovendien de keuzevrijheid voor ouders. Het enige wat de test kan uitwijzen is 'zwangerschap uitdragen of zwangerschap afbreken', stelt de directeur.
Robert-Jan Galjaard, klinisch geneticus van het Erasmus MC vindt dat er plek is voor kinderen met downsynsdroom in Nederland, maar is het niet eens met de stelling dat het geen ernstige ziekte is. Volgens de geneticus kan het in vier op de tien gevallen ernstig zijn. Ouders moeten daarom kunnen kiezen of ze dit wel wensen.
Veel abortussen in Denemarken
Wiegman is bang dat er Deense toestanden zullen ontstaan in Nederland, waar nauwelijks kinderen met down-syndroom worden geboren. Volgens Galjaard zijn de tests in Nederland heel anders georganiseerd en zal dat meevallen.
"Er gaat een selectieve abortus plaatsvinden op basis van handicap", denkt Wiegman en dat hoort niet in een land waar niet gediscrimineerd mag worden op basis van sekse of handicap. "We vinden het niet goed dat in China meisjes op grote schaal worden geaborteerd, dat is selectie op sekse."