Vintagewinkels maken opmars in Nederland: 'Hebben genoeg kleding voor zes generaties'
Een ouderwetse jas, een glinsterende jurk of een perfect ingedragen spijkerbroek. De kans dat je een parel tegenkomt in een tweedehands winkel wordt steeds groter: in elf jaar tijd steeg het aantal tweedehandszaken in Nederland namelijk met 40 procent. En dat is niet zo vreemd, zegt Lauren Verster in Goedemorgen Nederland op NPO 1.
In 2014 waren er nog maar 516 tweedehandskledingwinkels, inmiddels zijn dat er 723. Verster reageert maandag in Goedemorgen Nederland op NPO 1: "Mensen zijn bewuster geworden. We hebben genoeg kleding voor de komende zes generaties, dat is dus voor honderden jaren, en het blijft zich maar opstapelen. Gemiddeld dragen we in Nederland maar zes keer een kledingstuk voordat we het alweer weggooien."
Verster denkt dat "een nieuwe generatie" zich ervan bewust is dat er anders met kleding moet worden omgegaan en dat ook het prijsverschil tussen nieuw en tweedehands meespeelt. "Met Vinted is het allemaal ook wat makkelijker geworden en vintage kleding is in. Vintage is echt een stijl van de 50'er-, 60'er-, 70'er-, 80'er-jaren. Dat zie je ook wel als iemand er zo uitziet. Tweedehands is meer van nu."
Betere kwaliteit
En hoe zit dat bij haar zelf? "Ik koop nog te veel. Ik heb een tijdje alleen maar tweedehands gekocht. Dat is een jaar goed gegaan, daarna ben ik met Black Friday weer de mist in gegaan. Ik vind het lekker om te struinen door winkeltjes en het liefst niet in Amsterdam of andere grote steden, want daar zijn de prijzen best wel hoog."
Het is niet alleen maar duurzaam om tweedehands te shoppen, zegt Verster. "De stoffen van vroeger zijn veel beter, met veel meer wol, katoen en linnen. Nu is het veel meer synthetische zooi die na twee keer wassen uit elkaar valt en uit China komt."