Europees Parlement stemt voor statusverlaging wolf, staatssecretaris Rummenie reageert: 'Wetsvoorstel ligt al klaar'

Staatssecretaris Jean Rummenie (Natuur, BBB) wil dat Nederland probleemwolven in uitzonderlijke gevallen mag afschieten. Zijn ministerie laat weten dat er een wetsvoorstel klaarligt om dit mogelijk te maken, nu het Europees Parlement heeft gestemd voor een lagere beschermingsstatus van de wolf. De wolf is nu nog “strikt beschermd”, maar dat wordt "beschermd". Dat geeft landen iets meer ruimte voor ingrijpen.

Een woordvoerder van Rummenie laat vandaag weten dat de staatssecretaris de aanpak van probleemwolven “liever gisteren dan vandaag wil tackelen”. Rummenie vindt dat het afschieten van wolven mogelijk moet worden als er sprake is van dreigend gevaar, bijvoorbeeld voor mensen of vee. In het voorstel staat ook dat het verjagen van een wolf geen vergunning meer nodig moet hebben, en dat provincies op één lijn moeten zitten bij het geven van toestemming. "Alles staat nu in de startblokken vanuit ons”, voegt de woordvoerder toe.

Nederlandse Europarlementariërs reageren verschillend op de ontwikkelingen. Europarlementariër Anja Hazekamp (Partij voor de Dieren) waarschuwt dat afschot alleen mag als de wolvenpopulatie in een land groot genoeg is. “In Nederland is dat nog niet het geval”, zegt zij. Ook Bas Eickhout (GroenLinks-PvdA) is kritisch. Volgens hem is het besluit “gebaseerd op lelijke politiek, niet op wetenschap”. Hij vindt dat de natuur in Europa nog steeds kwetsbaar is en dat de wolf bescherming nodig heeft.

Aan de andere kant zijn er politici die blij zijn met het besluit van het Europees Parlement. SGP-Europarlementariër Bert-Jan Ruissen, die het voorstel mee indiende, zegt dat hij hoopt dat Den Haag zich al aan het voorbereiden is. Hij vindt dat “voor de wolf in Nederland simpelweg te weinig ruimte is” en waarschuwt voor “verdere escalatie op het platteland”.

BBB-Europarlementariër Sander Smit wijst erop dat er sinds de jaren negentig veel is veranderd. Toen werd de wolf nog beschermd tegen uitsterven, maar inmiddels leven er tienduizenden in Europa. Volgens hem zorgen die aantallen nu voor problemen op het platteland, zoals gevaar voor vee, begrazing en de leefbaarheid van dorpen.

De regels zijn nog niet direct van kracht. De EU-lidstaten moeten eerst officieel akkoord gaan met het besluit. Daarna hebben landen achttien maanden de tijd om hun eigen wetgeving aan te passen.