Omtzigt vindt dure boodschappen belangrijker dan 'lintjesgate': 'Er bestaat geen excuus'

NSC-leider Pieter Omtzigt vindt het onacceptabel dat het in de Tweede Kamer over de 'lintjesgate' gaat en niet over belangrijke onderwerpen die van groot belang zijn voor de mensen thuis. "Er zijn nog een paar andere problemen in het land", doelt hij op de hoge inflatie die hij door middel van een initiatiefnota terug wil dringen.

Terwijl de Kamer debatteert over de lintjesweigering van asielminister Marjolein Faber (PVV), uit Omtzigt stevige kritiek op de machtspositie van een aantal grote Nederlandse ondernemingen. De consument is daarvan de dupe. "Er is geen enkele reden waarom producten in Nederlandse supermarkten tientallen procenten duurder zijn dan in andere supermarkten in Europa. Er is geen excuus." In het radioprogramma Sven op 1 licht hij het rapport toe.

'Consument betaalt de prijs'

"Een deel van de markt hapert, een ander deel functioneert uitstekend", start hij zijn relaas. "Er zijn hardwerkende kleine ondernemingen die absoluut geen marktmacht hebben en hun best doen om als gewoon bedrijf geld te verdienen. Ze maken geen excessieve winsten, daar zit het probleem niet. Dat zit bij een aantal grote ondernemingen door excessieve marktmacht."

Deze bedrijven kunnen prijzen in rekening brengen waardoor grote winsten ontstaan. "De consument betaalt daarvoor de prijs", aldus Omtzigt. Sterker nog, de Nederlandse consument staat qua prijzen voor supermarktproducten op achterstand vergeleken met buurlanden. Aanbiedende producenten hanteren namelijk niet overal in ieder land dezelfde prijs, omdat dit van Europa simpel gezegd niet mag. Nederlandse supermarkten mogen geen producten kopen in België of in Frankrijk. "Je mag de markt niet segmenteren."

Prijzen 'aan de steile kant'

Omtzigt noemt het Nederlandse bedrijf HAK (groente- en peulvruchtverwerker, maker van o.a. appelmoes, red.) als voorbeeld. "Je moet niet alleen de gewone prijs vergelijken, maar ook de aanbiedingsprijzen, omdat in Nederland bij aanbiedingen de normale prijs te hoog is. In België kost een pot appelmoes 0,89 cent, in Nederland standaard 2,09 euro. In een bonusaanbieding heb je soms twee voor de prijs van één, dat is 1,05 euro. Ook dan betaal je nog fors meer dan in België. Dat is aan de steile kant."

Voor de basisbehoeften zijn Nederlandse supermarkten niet meer goedkoper dan andere supermarkten in de Europese Unie, bleek uit onderzoek van de Consumentenbond. "Supermarkten maken wel wat winst, maar dat is een aantal procent van de omzet. Als de supermarkt zegt: verlaag de prijs met vijf procent, dan maken ze allemaal verlies. Ze kunnen iets omlaag, maar de marges zijn niet mega."

Luister deze uitzending van Sven op 1 hier terug als podcast:

B2B is het probleem

Het probleem zit hem met name in de grote bedrijven die hun producten aan supermarkten verkopen, benadrukt Omtzigt. De grote marges die deze bedrijven, zoals Unilever, hanteren, "zijn vaak stukken groter". Waar de Europese Unie wetgeving heeft om marktsegmentatie tegen te gaan (business to consumer), is dat bij business to business niet het geval. "Zorg ervoor dat supermarkten aan parallelimport kunnen doen", roept Omtzigt op. "Daarvoor heb je nodig: aangepaste regelgeving en enige aanpassingen van de etiketten."

Ook is de energiebelasting in Nederland en het beduidend hogere minimumloon geen reden voor hogere prijzen voor consumenten, benadrukt Omtzigt. Bekijk hier het hele fragment waarin hij deze standpunten beargumenteert.