Grote zorgen over persvrijheid onder Donald Trump: 'Hij maakt journalisten actief het leven moeilijk'
De persvrijheid in de Verenigde Staten staat onder druk sinds het aantreden van president Donald Trump. Dat zegt Freek Staps, hoofdredacteur van het Algemeen Nederlands Persbureau (ANP), in Goedemorgen Nederland op NPO 1. "Ik zit hier echt met zorgen."
Staps werkte tussen 2005 en 2010 als correspondent in Amerika en kent het land dus goed. "We kijken naar iets heel spannends. En als ik spannend zeg, bedoel ik niet dat het leuk is", zegt hij over de situatie in Washington. "Trump zegt al heel lang dat journalisten 'the enemy of the people' zijn, de vijand van het volk. Ze verspreiden volgens hem 'fake news'."
Tot nu toe bleef het bij woorden, maar dat verandert. "Nu voegt Trump er ook daden bij", waarschuwt Staps. "Trump is journalisten het leven moeilijk aan het maken. Hij spant rechtszaken aan, geeft journalisten minder toegang en is aan het zorgen dat de Amerikaanse maatschappij kleiner gemaakt wordt in hun informatievoorziening."
Dat heeft grote gevolgen voor de Amerikaanse samenleving, denkt de ANP-hoofdredacteur. "Als Trump alleen maar de stemmen toelaat die hem welgezind zijn, krijgen Amerikanen niet een volledig en goed beeld van wat er gebeurt. Trump is dit actief aan het doen."
AP niet welkom bij Trump
Zo zijn journalisten van persbureau Associated Press (AP) niet langer welkom bij persmomenten in de Oval Office in het Witte Huis en het presidentiële vliegtuig Air Force One. Het Witte Huis zei vlak na het aantreden van Trump dat de maatregel "voor onbepaalde tijd" geldt, omdat het persbureau weigert mee te gaan in de naamsverandering van de Golf van Mexico in de Golf van Amerika.
"Als wij merken dat er leugens worden verkondigd door nieuwsorganisaties in deze ruimte, zullen wij hen hiervoor verantwoordelijk houden. En het is een feit dat het water voor de kust van Louisiana de Golf van Amerika wordt genoemd", waarschuwde de perschef van Trump, Karoline Leavitt, tijdens een persmoment in het Witte Huis.
De hoofdredacteur van AP, Julie Pace, noemde dat "onacceptabel" en "in strijd met de grondwet", waarin persvrijheid is vastgelegd. Pace zei dat het "alarmerend" is dat AP door het Witte Huis "wordt gestraft voor onafhankelijke berichtgeving". AP spande een rechtszaak aan, maar een federale rechter weigerde het persbureau onmiddellijk weer toegang tot het Witte Huis te verlenen.
Volgens rechter Trevor McFadden is verder onderzoek eerst nodig. McFadden zei dat het verbieden van toegang tot "private vertrekken", zoals het Witte Huis met AP-journalisten deed, anders is dan het volledig tegenhouden van journalisten. Toch werkt de bestaande jurisprudentie niet in het voordeel van het Witte Huis, benadrukte de door Trump aangestelde rechter.
Inmiddels kiest het Witte Huis ook zelf welke nieuwsorganisaties worden gekozen voor de perspools die president Trump verslaan. Sinds 1914 was die selectie in handen van een onafhankelijke vereniging, de White House Correspondents' Association (WHCA).
'Dit is een heel spannend moment'
Naast AP worden ook Reuters en The New York Times tegengewerkt, ziet Staps. Dat gebeurt niet alleen in het Witte Huis, maar ook bij het Pentagon. Verschillende media mogen zich niet meer in de buurt van die plekken vestigen. "Je denkt misschien: ach, wat maakt het uit. Maar het maakt in de praktijk heel veel uit. Journalisten moeten ergens zijn, om met mensen te praten, om een kopje koffie te drinken, om iemand tegen te komen in de wandelgang."
"Als je journalisten daar weghaalt, hebben ze geen toegang tot die informatie meer. Trump zet alleen maar mensen neer die positieve vragen stellen. Dan zie je dat informatievoorziening al heel snel onhandig wordt." Dat heeft grote consequenties volgens Staps. "Journalistiek zorgt ervoor dat wij allemaal feiten kennen, zodat we zelf keuzes kunnen maken in ons leven. Dat wordt steeds moeilijker als je alleen maar journalisten wil toestaan die van jouw kleur zijn."
Hoewel AP de stap naar de rechter heeft gezet, krijgt Staps signalen dat steeds meer mediaorganisaties de strijd met Trump liever vermijden. "Ze denken: laat die rechtszaak maar zitten, wij hebben liever geen ruzie met Trump. Dit is een heel spannend moment."
Verkillend effect
In december trof de president een schikking met nieuwszender ABC en hun nieuwslezer George Stephanopoulos, nadat hij hen had beschuldigd van laster. ABC betaalde 15 miljoen dollar aan de presidentsbibliotheek van Trump. Interviewer Stephanopoulos beweerde dat hij "aansprakelijk was gesteld voor verkrachting".
Stephanopoulos herhaalde de bewering tien keer. Een jury in New York heeft echter bepaald dat Trump aansprakelijk is voor "seksueel misbruik", wat in die Amerikaanse staat anders is dan verkrachting. Stapts: "ABC heeft gezegd: misschien hadden we gelijk, misschien niet, maar we willen het gedoe niet. Dat verkillende effect is heel spannend."
Hij gaat verder: "Wij hebben als ANP collega's in Amerika wonen. De wereld is daar echt een beetje aan het veranderen. Journalisten vragen zich af: 'Wat wil ik eigenlijk nog zeggen? Hoeveel is mijn veiligheid waard?'" In zijn tijd in Amerika was dat heel anders. "Het is niet zo dat ik de Oval Office kon binnenlopen, maar ik kon wel in een zaaltje met president Obama komen. Dat is nu echt lastig als buitenlandse media en straks misschien ook voor serieuze Amerikaanse persbureaus."
Waar stopt persvrijheid?
Staps vraagt zich af waar persvrijheid ophoudt. "Ik heb gisteren met collega's op de redactie lang nagedacht over die vraag. Op het moment dat journalisten zich niet meer vrij voelen om alles te vertellen over hoe de wereld in elkaar zit, als ze zelfcensuur toepassen, dan is het wel heel spannend aan het worden."
Op sommige plekken in Amerika gebeurt dit al, denkt Staps. "Ik zit hier echt met zorgen."