Hugo de Jonge: 'Watersnoodramp nog markanter keerpunt in Zeeuwse geschiedenis dan Tweede Wereldoorlog'
In het Zeeuwse dorp Ouwerkerk is zaterdagochtend de Watersnoodramp van 1953 herdacht. Er werd stilgestaan bij de 1836 mensen die 72 jaar geleden om het leven kwamen door de overstromingen. "In Zeeland is deze ramp het meest markante keerpunt in de geschiedenis, misschien nog wel meer dan de Tweede Wereldoorlog", zegt waarnemend commissaris van de Koning in Zeeland Hugo de Jonge.
"Het heeft diepe sporen nagelaten, verhalen van rouw en leed, die decennialang aan keukentafels zijn doorverteld. Het is een stuk van de Zeeuwse identiteit geworden", zegt De Jonge in WNL In de Kantine op NPO Radio 1.
'Nederland nummer één qua watermanagement'
Wat volgens De Jonge ook identiteitsvormend is geweest, is dat door de wederopbouw na de ramp de wereld Zeeland leerde kennen als de provincie die "heeft leren leven met het water. Nederland staat op nummer één wat betreft watermanagement."
"Zonder denken in maakbaarheid had Zeeland nooit bestaan", doelt De Jonge op de Deltawerken, het plan dat na de ramp in het leven werd geroepen en is bedoeld om Nederland te beschermen tegen hoogwater vanaf zee. "Het is nog steeds onderdeel van de Zeeuwse identiteit. Het worstelen met de elementen."
'Vergeten slachtoffers' herdacht
Burgemeester Jack van der Hoek van Schouwen-Duiveland, waarvan Ouwerkerk onderdeel is, stond zaterdag in zijn toespraak ook stil bij de zogeheten vergeten slachtoffers van de Watersnoodramp. Dit zijn de 31 bemanningsleden van negen schepen die tijdens de rampnacht in 1953 op de Noordzee waren en zonder spoor zijn verdwenen. Hun namen kwamen niet voor op de officiële slachtofferlijsten van het Rode Kruis.
"Zij zijn ten onder gegaan met man en muis, met schip en al", zei Van der Hoek. Volgens hem is het terecht dat het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk voor het eerst aandacht aan deze groep slachtoffers besteedt met een speciale expositie, omdat ook achter hun namen veel verdriet schuilgaat.
“Het heeft diepe sporen nagelaten, verhalen van rouw en leed, die decennialang aan keukentafels zijn doorverteld. Het is een stuk van de Zeeuwse identiteit geworden.”
Zeeland 2050
Zeeland worstelt al eeuwenlang met de elementen, maar de provincie biedt veel toekomstperspectief, benadrukt De Jonge. In het kader daarvan vindt woensdag de Zeeuwse dag in Den Haag plaats. Dat houdt in dat een hele groep Zeeuwse bestuurders naar de politieke hoofdstad afreizen, om te praten over het project 'Zeeland 2050'. "Dat traject willen we graag inzetten om het Zeeland van de toekomst te doordenken."
Er wordt vooral naar de kansen die de provincie te bieden heeft gekeken. "We hebben nog ruimte voor schone industrie en we kunnen een groene krachtbron voor Nederland zijn. Ook hebben we de landbouw van de toekomst in eigen handen. Maar tegelijkertijd zien we ook verschraling."
"Wat we nodig hebben is dat er veel meer Zeeuwen zouden moeten zijn, om de kansen voor de toekomst te verzilveren", vervolgt hij. "Wij hebben ruimte, iets wat in de rest van het land hartstikke schaars is. We willen voorkomen dat we verdergaan in die spiraal van verschraling. Die moeten we door middel van voorzieningen doorbreken."