'Er zijn steeds meer mensen, maar de samenstelling van Nederland verandert ook'
De bevolkingssamenstelling wordt een belangrijke maatschappelijke discussie in 2025. Dat denkt hoofdsocioloog van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) Tanja Traag. Met EW magazine onderzocht ze welke onderwerpen van vorig jaar, dit jaar bepalend kunnen worden.
"Ik heb geen glazen bol. Het gaat om cijfers die demografisch of sociologisch waarschijnlijk nog wel een tijdje gaan rondzingen", zegt Traag in Goedemorgen Nederland op NPO 1. "Voor een deel kijk ik naar cijfers die aan talkshowtafels een rol gaan spelen. Dan gaat het bijvoorbeeld om de samenstelling van Nederland."
"We weten dat er steeds meer mensen zijn, maar de samenstelling verandert ook", weet de socioloog, die in EW voorspelt dat Nederland 'drukker en diverser' wordt. "Wij hebben gekeken: hoe zit het met de stroom aan mensen die ieder jaar naar Nederland komen en hoe verandert dat het land? Niet iedereen blijft even lang in Nederland. Dat is relevant om naar te kijken."
Eenzaam
Traag keek naar welke vorm van migratie de grootste stempel heeft gedrukt op Nederland in de afgelopen 25 jaar. Van binnen en buiten de EU kwamen ongeveer evenveel mensen naar Nederland: 1,6 miljoen om 1,8 miljoen. Uit de EU komen vooral arbeidsmigranten en hun gezin. Van buiten de EU gaat het vooral om asielmigranten en hun gezin.
Van de Europese migranten is na 25 jaar de meerderheid weer vertrokken, van de asielmigranten buiten de EU bleef de meerderheid. Zij drukken op termijn de grootste stempel op de bevolkingssamenstelling, schrijft EW. Eén op de vijf mensen die hier kwam als migrant voelt zich eenzaam, tegenover één op de tien mensen die in Nederland zijn geboren.
Studie- en arbeidsmigratie
Als het gaat om de bevolkingssamenstelling, heeft het volgens Traag weinig zin om de studie- en arbeidsmigratie aan te pakken. "Als je kijkt naar studiemigratie: mensen komen naar Nederland, doen hun studie en gaan dan weer terug. Zeker als je kijkt naar migranten van buiten de Europese Unie."
"Heel weinig blijft in Nederland achter, dus beleidsmatig is het een kleine knop om aan te draaien. Voor arbeid geldt hetzelfde: het is wel een grote groep die naar Nederland komt, maar ze blijven maar kort", zegt ze.
Wat de discussie ingewikkeld maakt, is dat de politiek niet even makkelijk aan iedere knop kan draaien. "Asielmigratie is misschien wel lastiger om iets aan te doen dan bijvoorbeeld studiemigratie. Er zijn andere regels voor." De discussie die daaruit voortvloeit, wordt mogelijk bepalend dit jaar, denkt Traag.
Armoede daalt
Ze keek ook naar andere trends voor dit jaar. Sinds 2019 daalt de armoede, door afnemende werkloosheid en koopkrachtmaatregelen: van 7,1 procent in 2018 naar 3,1 procent nu. Van hen is één op de drie langdurig arm. Dat komt neer op zo'n 175.000 mensen.
2,7 miljoen Nederlanders identificeren zich als lesbisch, homoseksueel, biseksueel, transgender, intersekse, queer of aseksueel, bleek eerder uit cijfers van het CBS. Dat is 18 procent van de bevolking boven de vijftien jaar oud. Biseksuelen (1,8 miljoen) vormen daarbinnen de grootste groep.