De Telegraaf-hoofdredacteur over woordkeuze 'Jodenjacht': 'Het was zo duidelijk wat er gebeurde'
De Telegraaf-hoofdredacteur Kamran Ullah denkt bij het terugblikken op 2024 direct aan de verschrikkelijke rellen die zich voltrokken na afloop van de voetbalwedstrijd tussen Ajax en Maccabi Tel Aviv in Amsterdam. Begin november ging het helemaal mis in de hoofdstad.
"Dit is een van de meest beeldbepalende nieuwsgebeurtenissen in Nederland van het afgelopen jaar", aldus Ullah in Goedemorgen Nederland op NPO 1. "Er is natuurlijk een hele hoop gebeurd. De aanslag op Tarwekamp. De installatie van het nieuwe kabinet. Maar als we het hebben over een beeldbepalende nieuwsgebeurtenis, dan denk ik aan de nasleep op die nacht van 7 november."
'Walgelijk en schokkend'
"Eigenlijk om twee redenen", bepleit Ullah. "Wat ronduit walgelijk en schokkend is, is dat er in Amsterdam gejaagd is op Joden. Dat mensen mishandeld zijn om wie ze zijn. Maar aan de andere kant ook dat in de nasleep heel duidelijk werd dat er een tweespalt in de samenleving is ontstaan. Waar je hoopt en verwacht dat iedereen z'n walging uitspreekt, waren er ook mensen die toch wel begrip toonden en op zoek gingen naar: wie is er nou eigenlijk begonnen?"
"Dus niet zozeer de focus hadden op wat er gebeurd is. Maar echt op zoek waren naar een soort logische verklaring. Dat we een burgemeester in Amsterdam hebben die het in eerste instantie over een pogrom heeft en later toch zegt: dat had ik niet zo moeten zeggen. Niet zozeer omdat het niet gebeurd is, maar omdat anderen ermee aan de haal zijn gegaan."
“Dat dat de oproep was: we gaan op Jodenjacht. Dat waren wel feiten die toen ook al naar boven kwamen, juist door de bronnen dicht bij het onderzoek.”
Ullah koos er structureel voor om de term 'Jodenjacht' te gebruiken in zijn krant. "Daar kwam ook veel kritiek op. Ik heb dat in media moeten uitleggen. Inmiddels weten we - nu een aantal van die gasten voor de rechter zijn geweest - dat dat daadwerkelijk het woord was dat continu in die appgroepen rondging. Dat dat de oproep was: we gaan op Jodenjacht. Dat waren wel feiten die toen ook al naar boven kwamen, juist door de bronnen dicht bij het onderzoek."
'Zo duidelijk'
Normaliter vergadert de krant over de woordkeuze, maar dat was in dit geval niet nodig, zegt Ullah. "Het was zo duidelijk wat er gebeurde. De beelden spraken voor zich. Die ochtend hadden we ook al echt goede contacten. Ik kan natuurlijk niet vertellen wie de bronnen waren, maar we hadden echt goede inlichtingen. We wisten ook hoe de autoriteiten erover spraken."
“Ik leef en woon al heel lang in een stad waarin we al heel lang accepteren dat er antisemitisme is.”
"Er wordt ook weleens gesproken over: is dit een incident geweest?", merkt Ullah op. "Ik ben een echte Amsterdammer en ik ben opgegroeid in de stad. Ik leef en woon al heel lang in een stad waarin we al heel lang accepteren dat er antisemitisme is. Er is een generatie Joodse jongeren die elke dag naar een bunker gaan om onderwijs te volgen, waar hoge hekken en politie omheen staan. Het is geen incident, dit gebeurt al langer. We hadden gehoopt dat het niet naar gewelddadigheden zou gaan, we hebben nu gezien dat er een hele kleine minderheid in de samenleving dat ook in de praktijk brengt."
