1544 moties in drie maanden tijd, ongenoegen stijgt: 'Het is vaak voor de bühne'
In Den Haag is er steeds meer te doen om de stortvloed aan moties die wekelijks wordt ingediend. "Het is vaak voor de bühne, om aan de achterban te laten zien: we zitten erbovenop", zegt politiek verslaggever van WNL Tessa van Viegen in Goedemorgen Nederland op NPO 1.
De afgelopen maanden werden er maar liefst 1544 moties ingediend, wat neerkomt op zo'n zeventien per dag. Al deze moties moeten worden behandeld. "Dat is echt veel", zegt Van Viegen. "Je moet je voorstellen dat er iedere dinsdag over gestemd moet worden. Je moet al die moties beoordelen als fractie; zijn we voor of tegen? Dat zorgt voor veel werk. Het stemmen gaat in een razend tempo, want anders zitten ze er tot middernacht."
De effectiviteit van moties roept vraagtekens op. Een motie is in principe een verzoek aan de regering om iets wel of niet te doen, maar in veel gevallen worden moties ingediend over zaken die al geregeld zijn. "Het is vaak voor de bühne. Kamerleden willen aan de achterban laten zien: we zitten erbovenop."
Het komt zelden voor dat een motie leidt tot een echte koerswijziging. Van Viegen pleit voor een kritischere blik op het moment van indienen. “Er zou meer aandacht moeten zijn voor wanneer een motie echt noodzakelijk is."
'Je hebt soms een motie nodig'
D66 diende dit jaar 317 moties in, waarvan 27 werden ingediend door Jan Paternotte. "Ben ik er trots op? Je hebt soms een motie nodig", zegt het Kamerlid. "Ik ben nu oppositielid. Soms wil je dat het kabinet iets anders doet dan ze van plan zijn. Dan dien je een motie in, om de Kamer te vragen om steun."
Maar Paternotte erkent dat veel moties in de Kamer onzinnig zijn. "Wat soms gebeurt is dat een minister een plan heeft aangekondigd en een Kamerlid vervolgens met een motie zegt: 'Minister, ga aan de slag'. Daarop zegt de minister: 'Ik ben het eens met de motie', en zo is de naam van het Kamerlid aan het beleid verbonden."
"Sinds een paar weken kan een minister daarom zeggen: 'Ja, joh, ik ga het doen, deze motie is totaal overbodig'. Dat mocht daarvoor niet, nu wel. Dat helpt wel een beetje", zegt het Kamerlid.
Een motie van VVD-Kamerlid Bente Becker, leidde eerder deze maand tot veel verontwaardigde reacties. In de motie, waar een meerderheid van de Tweede Kamer voor stemde, wordt het kabinet gevraagd om "gegevens over culturele en religieuze normen en waarden van Nederlanders met een migratieachtergrond bij te houden".
Verschillende partijen die voor de motie hebben gestemd, waaronder het CDA, ChristenUnie en SP, kwamen daar later op terug. SP-leider Jimmy Dijk zei dat zijn fractie "onvoldoende lang" had doorgepraat over de motie. Andere Kamerleden klaagden over het de korte tijd om moties tegen het licht te houden.
Niet alleen Paternotte stoort zich aan het aantal moties. CDA-leider Henri Bontenbal pleitte onlangs voor een limiet: 150 moties per fractie per jaar, plus het aantal zetels per fractie. "Over dat voorstel moet nog over gesproken worden in de Kamer", zegt Van Viegen.
Luie Kamerleden
Waar veel Kamerleden de dossiers en moties vreten, werken niet alle Kamerleden even hard. "Er zijn nog altijd mensen die hun maidenspeech niet hebben gehouden. Dat zijn Kamerleden van de PVV", zegt Van Viegen. "Een paar weken geleden zag ik op social media #waarisVincent? Het gaat om Vincent van den Born. Ook hij heeft zijn maidenspeech niet gehouden."
"Er zijn toch heel veel Kamerleden, voornamelijk uit de PVV-hoek, die in debatten zelden of niet te zien zijn en die aan hun taak als volksvertegenwoordiger gewoon niet voldoen", aldus Van Viegen.
Paternotte herkent dat beeld. "D66 heeft negen zetels, PVV 37. D66 is bij meer debatten aanwezig dan de PVV. Dan denk ik: Nederlanders die op de PVV hebben gestemd, hebben er toch op z'n minst het recht op dat Kamerleden gewoon aan het werk gaan?"