Burgemeester Halsema geeft uitleg in Nieuwsuur: ‘Nul zelfreflectie’

Burgemeester van Amsterdam Femke Halsema toonde wel erg weinig zelfreflectie in het interview met Nieuwsuur zondagavond. Dat zegt politiek verslaggever van Omroep WNL Thomas van Groningen. “Het is lastig. Maar iets van zelfreflectie…”

In het interview blikte Halsema terug op de gewelddadigheden in Amsterdam eerder deze maand, waarbij Israëli’s werden mishandeld door mensen die riepen op “jodenjacht” te gaan, na de wedstrijd tussen Ajax en Maccabi Tel Aviv. De dag erna zei Halsema dat ze “zich kon voorstellen dat het mensen doet denken aan een pogrom”.

“Wat ik vooral tot uitdrukking heb willen brengen, is het verdriet en de angst bij Joodse Amsterdammers”, zei Halsema in Nieuwsuur. “Maar ik moet wel zeggen dat ik in de dagen daarna heb gezien hoe het woord pogrom heel politiek werd, eigenlijk tot propaganda.”

“De Israëlische regering spreekt over ‘een Palestijnse pogrom in de Amsterdamse straten’, in politiek Den Haag wordt het woord pogrom vooral gebruikt om Marokkaanse Amsterdammers, moslims, te discrimineren. Zo heb ik het niet bedoeld en zo heb ik het niet gewild.” Ze stelde dat ze “niets te maken wil hebben” met de manier “zoals het politiek wordt gebruikt, ook als propaganda”.

‘Feiten niet horen spreken’

Halsema liet zich wederom kritisch uit over Haagse politici die volgens haar het geweld gebruiken voor hun eigen politieke agenda. “Het gemak waarmee wordt gesproken over een integratieprobleem… Mensen hebben het gevoel dat ze weer direct na 9/11 zitten en dat ze zich weer moeten verantwoorden. Dit gaat om individuen die zich zwaar hebben misdragen en daarop afgerekend moeten worden.”

Geert Wilders (PVV) zei dat de daders van het geweld in Amsterdam volgens hem “allemaal moslims waren”, met name Marokkaanse jongeren. Van der Plas (BBB) zei dat ze op de beelden “geen Jeroen Pepijn uit Winterswijk” zag. “Hiermee is niemand geholpen, onze stad niet. Het brengt de rust niet terug”, reageerde Halsema.

Goedemorgen Nederland gemist? Kijk deze uitzending nu hier terug, via NPO Start.

Ze benadrukte dat er inmiddels een feitenrelaas op tafel ligt. “In het debat heb ik de feiten niet horen spreken. Wat ik mensen wel hoor zeggen, is dat zij blijkbaar weten wie de daders zijn.”

‘Nul zelfreflectie’

Politiek verslaggever Thomas van Groningen begrijpt de woorden van Halsema. “Wat ik interessant vind – en ik snap het in haar rol van burgemeester, als hoeder van de stad: ze heeft het over individuen die fout gedrag hebben vertoond, terwijl je in Den Haag merkt dat ze juist de duiding willen geven aan groepen in de samenleving waarin bepaalde problemen spelen.”

“Ik kan mij best voorstellen dat je dat vanuit de positie als burgemeester niet wil. Zij heeft veel indirectere betrokkenheid. Ze staan bij haar op de stoep, niet bij de mensen in Den Haag”, zegt Van Groningen.

Hij is tegelijkertijd kritisch op de burgemeester van Amsterdam. “Aan het eind van het interview kreeg ze de vraag wat ze nou anders had moeten doen. Ik vond het opmerkelijk dat ze daar niet echt antwoord op gaf. Ze had het alleen over het woord pogrom, dat ze niet had moeten gebruiken. Op de keuzes die ze beleidsmatig heeft gemaakt, als hoeder van de veiligheid en openbare orde in Amsterdam, heeft ze nul zelfreflectie. Het is lastig. Maar iets van zelfreflectie…”

‘Heel moeilijk’

Voormalig waarnemend burgemeester van Bloemendaal en oud-staatssecretaris van Justitie en Veiligheid Ankie Broekers-Knol (VVD) vindt juist dat Halsema “op een heel goede manier heeft uitgelegd hoe de situatie is”.

Ontvang je al onze gratis nieuwsbrief? Meld je hier aan en mis niets van WNL!

“Laten we één ding vaststellen: wat gebeurd is, is vreselijk, maar de situatie voor een burgemeester is heel moeilijk”, zegt Broekers-Knol. “Je wil weten wat er precies is gebeurd en hoe de feiten in elkaar steken, voor je kwalificaties geeft. Daar heeft ze uitleg over gegeven bij Nieuwsuur en dat heeft ze goed gedaan.”

Lees ook: 

Amsterdam maakt een slechte beurt, zegt VVD-prominent Annemarie Jorritsma over Damprotest: ‘Als je iets verbiedt, moet je het verbieden’

Door: Peter Visser