Flexwoningen blijken flop: ‘Hugo de Jonge wilde scoren, maar niemand wil in een kippenhok wonen’
Het razendsnel plaatsen van flexwoningen werd gezien als een droomoplossing voor de woningcrisis, maar het plan is uitgedraaid op een totale flop. Het Planbreau voor de Leefomgeving (PBL) meldt dat er tot nu toe slechts zo'n 8000 kant-en-klare woningen geplaatst zijn. Woningbouworganisaties krijgen te maken met te veel obstakels en bewoners vinden een container te krap.
''Niemand wil in een kippenhok wonen. We willen een normaal huis, ook alleenstaanden'', reageert voormalig Telegraaf-hoofdredacteur Sjuul Paradijs in Goedemorgen Nederland op NPO 1.
Gedoe met omwonenden
Oud-woonminister Hugo de Jonge wilde in korte tijd zo'n 40.000 flexwoingen laten bouwen om het woningtekort op korte termijn de kop in te drukken. Corporaties zien hier echter weinig brood in, zegt Jolien Groot van PBL in De Telegraaf. ''Omdat ze de investering op deze woningen soms niet terug kunnen verdienen, er kan gedoe ontstaan met omwonenden en het is soms ook lastig om te vergunningen rond te krijgen. Daardoor blijft de bouw achter.''
De bouw wordt ondertussen gehinderd door problemen die bij 'gewone' woningbouw ook spelen, zoals het verkrijgen van riool- en energieaansluitingen. Ook is er soms maatschappelijke weerstand, omdat bijvoorbeeld sportvelden opgeofferd moeten worden.
Bewoners willen snel weer weg
Flexwoningen zijn gemiddeld dertig vierkante meter klein. Dat vinden velen veel te krap. ''De flexwoning voldoet niet aan de behoefte van de consument. Omdat de woning vaak zo klein is willen bewoners snel weer weg. Dat leidt tot veel verhuizingen en potentiële leegstand. Dat vinden de woningcorporaties vervolgens een risico”, zegt Groot.
Een andere complicatie is dat de flexwoningen soms worden neergezet op locaties waar ook al gewone woningen gepland staan, in plaats van een locatie die tijdelijk beschikbaar zou zijn, schrijft De Telegraaf. De Groot: ''Qua productie zit er weinig verschil tussen de grotere flexwoning en een normale woning uit de fabriek. Dit soort woningen kunnen soms wel vijftig jaar meegaan, waardoor het voor een gemeente of corporatie aantrekkelijker zou kunnen zijn om meteen een permanente woning neer te zetten.''
'Willen niet in kippenhok wonen'
Paradijs reageert kritisch in Goedemorgen Nederland. ''De overheid is erg onmachtig als het gaat om het realiseren van dit soort projecten. Je ziet het finaal mislukken. De woningen worden op de plek van oude woningen gezet, er zijn geen aansluitingen en eigenlijk willen we niet in een kippenhok wonen.''
Volgens Paradijs wilde voormalig minister De Jonge vooral scoren. ''Dus hij pakte het laaghangende fruit op, terwijl je met je boerenverstand kunt begrijpen dat je niet in een kippenhok wil wonen.''