Huidige waterstanden niet abnormaal, combinatie van factoren wel

Aanhoudende regen, wind die maar blijft blazen uit dezelfde hoek en stijgende rivieren: minimaal eens in de vijf jaar komt dit voor. Weinig om over wakker te liggen, maar dat dit allemaal tegelijkertijd gebeurt, is wél uitzonderlijk. Harold van Waveren, voorzitter van de Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging (LCO), is dan ook in opperste staat van paraatheid.

"De waterschappen hebben de afgelopen twee maanden onafgebroken gewerkt om Nederland droog te houden", zegt Van Waveren in WNL Haagse Lobby op NPO Radio 1. De voorzitter verwijst naar het controleren van dijken, rivierbeddingen, sluizen, het installeren van gemalen en ga zo maar door. Met de huidige situatie op het Markermeer, waarbij vooral de combinatie hoge waterstand en noordoostenwind voor spannende uren zorgt, leidt ertoe dat Rijkswaterstaat en de waterschappen nog volop aan het werk zijn. "Momenteel loopt er continu een dijkwacht om te controleren of alles goed gaat", zegt Van Waveren.

Luister de podcast:

Wat de situatie volgens de voorzitter vooral spannend maakt, is de combinatie van factoren. "Windkracht 11 hoeft helemaal niets te betekenen als het waterpeil laag staat, maar nu is alles hoog."

Besef

Van Waveren merkt dat bij veel Nederlanders het besef niet bestaat dat het mogelijk is om 'natte voeten' te krijgen. "Het werkt net hetzelfde als brand in je huis. Dat kan je ook nooit helemaal uitsluiten."

Ontvang jij onze nieuwsbrief al? Meld je hier nu gratis aan!

Pieter Grinwis, Tweede Kamerlid voor de ChristenUnie, voegt daaraan toe: "Heel veel van de ondergelopen huizen zijn bovendien buitendijks. Het gaat om 200 tot 300 duizend woningen. Tijdens de bouw van die huizen was dat over het algemeen bekend, maar in de loop van de tijd wordt dat vergeten. Nu ontdekken mensen ineens dat hun huis niet is beschermd in geval van hoogwater." Aankloppen bij de overheid bij waterschade, is er dan niet bij.

Ruimtelijke inrichting

Grinwis ziet daarnaast een ander probleem de kop opsteken. "Ruimtelijke inrichting, zoals het niet bebouwen van een aantal diepe polders in het geval van hoogwater, legt vaak het loodje tegenover een ander belang. De huizencrisis is daar een goed voorbeeld van." En zolang er niet meer belang wordt gehecht aan ruimtelijke ordening, zullen we moeten wennen aan kaplaarzen en ondergelopen straten, aldus het Kamerlid.