Mag een kinderopvang winst maken? Ouders vinden van niet
Mag een kinderopvang winst maken? Uit onderzoek van de Stichting voor Werkende Ouders (STVWO) in samenwerking met Ouders & Onderwijs en het Landelijk Ouderpanel onder blijkt dat 72 procent vindt van niet. "Zij vinden dat die winst weer terug moet vloeien in de kinderopvang", vertelt voorzitter Marjet Winsemius, voorzitter van STVWO.
Winsemius geeft aan dat de STVWO meedenkt met het ministerie van Sociale Zaken en verschillende uitvoerders over hoe het nieuwe stelsel ingericht moet worden. "Dat is nog druk gaande", zegt ze. Het stelsel moet nog vorm krijgen, en er zitten vanzelfsprekend dan ook nog wat haken en ogen aan.
Vanaf 1 januari 2025 wordt de kinderopvang voor 96 procent betaald door de overheid. "De vraag rijst dan: als je zoveel geld krijgt van belastinggeld, mag je dan winst maken? Dat is een maatschappelijke vraag die we met elkaar moeten beantwoorden", zegt Winsemius. Gevreesd wordt dat het geld in de zakken van de investeerders belandt. "Ouders willen dat het naar het personeel, naar de zorg voor de kinderen en vooral naar de kwaliteit van de kinderopvang gaat."
Kinderopvang juist duurder?
Niet alleen die winst baart ouders mogelijke zorgen. Ze vrezen vooral dat de prijs van de opvang juist omhooggaat. "Dat verwacht 78 procent", gezien de lange wachtlijsten voor kinderopvangen, zegt Winsemius. Maar de opvang wordt toch juist zo goed als gratis? Dat zit zo: ouders gaan 4 procent van het totaalbedrag zelf betalen, maar ook het gedeelte dat boven hetgeen dat de overheid vergoed valt. "Stel de maximuumuurprijs die de overheid vergoedt is 9 euro en een kinderopvangorganisatie vraagt 10 euro, dan betaal je die 1 euro zelf. Maar stel dat dat ineens 15 euro wordt, dan betaal je 6 euro zelf", legt Winsemius uit. "Dan wordt het alsnog ontoegankelijk. En je krijgt een bepaalde ongelijkheid tussen ouders die het wel en niet kunnen betalen."
Bovendien zijn veel ouders sceptisch of dit die lange wachtlijsten gaat verhelpen. "Deze regeling gaat ervoor zorgen dat het inkomensafhankelijke stuk uit de toeslag gaat", zegt Winsemius. Momenteel krijg je namelijk wanneer je meer inkomen verdient, minder toeslag. Dat is straks passé, wat het aantrekkelijker moet maken om te gaan werken.
In mei moet er meer duidelijkheid zijn over het nieuwe stelsel. "Dan zijn de impactanalyses gedaan en kunnen we er ook meer over zeggen."