Is de Nederlandse persveiligheid in gevaar? ‘De omgangsnorm is veranderd’
De persveiligheid komt zowel online als offline steeds meer in het geding. Journalisten kunnen vaker hun werk niet meer veilig uitvoeren en worden op sociale media bedreigd of geïntimideerd, terwijl verslaggevers op straat worden aangevallen. Dat blijkt uit een onderzoek en rapport van twee internationale persorganisaties: Free Press Unlimited en de European Center for Press and Media Freedom.
De persorganisaties concluderen dat de persveiligheid in Nederland achteruitgaat. Rennie Rijpma is hoofdredacteur van het Algemeen Dagblad en kan zich wel vinden in die conclusie. "Met name cameramensen en fotograven, journalisten die ergens zichtbaar zijn. Die hebben het niet altijd makkelijk op het moment dat zij naar een ongeval of demonstratie gaan", zegt zij bij Goedemorgen Nederland op NPO 1. "Omdat de agressie die kennelijk bij een deel van die mensen die daar aanwezig zijn leeft, zich ook uit ten opzichte van hen."
Steekvest
René Hendriks is cameraman voor Regio15 en maakt de bedreigingen van dichtbij mee. Hij draagt tijdens zijn werk zelfs een steekvest. "Dat ons beschermt tegen messteken en schroevendraaiers. Helaas is dat soms nodig in dit land", zegt hij.
Hendrik merkt ook dat er steeds meer gedreigd wordt. "Het is van alle tijden, maar het wordt intensiever en het komt meer voor." Die toename is voornamelijk te zien tijdens demonstraties. Als journalisten dan het 'onjuiste' verhaal proberen te vertellen, dan zijn wij 'fout' en komen ze ons wel even opzoeken, legt de cameraman uit. "Het is vervelend, maar wij bereiden ons erop voor en zijn erop bedacht. Ik laat mij er absoluut niet door beïnvloeden. Ik ga geen stap opzij, echt niet. Bekijk het maar."
Omgangsnormen
Volgens Rijpma zijn het vooral de omgangsnormen die zij ziet veranderen. Of dat nou tegen journalisten is of tegen ambulancebroeders, dat maakt blijkbaar niet uit. Zij staan buiten de zaak, maar worden toch aangevallen. "Deels is dat verbaal en soms ook fysiek."
De hoofdredacteur is blij dat journalisten in Nederland terechtkunnen bij de politie. "Daar hebben wij ook vrij nauw contact over, als het gaat over de veiligheid van onze mensen."
Oorlogsgebied
Journalisten in oorlogsgebieden, zoals bijvoorbeeld nu in Oekraïne, bevinden zich altijd in een niet-veilige omgeving. "Dat is van een totaal andere orde, of je in een oorlogsgebied verslag doet of van een demonstratie in ons eigen land", reageert Rijpma. Waar in Nederland journalisten wel kunnen terugvallen op de overheid, kan dat in Oekraïne of in Rusland in veel mindere mate.
Daarnaast is het voor journalisten in oorlogsgebieden lastig om objectief verslag te doen. Rijpma neemt Marioepol als voorbeeld. "Dat is een onneembare vesting voor zowel hulporganisaties als journalisten. We kunnen dus moeilijk vertellen wat zich daar precies afspeelt."
In Oekraïne kan erm ondanks alle bombardementen en aanvallen, wel 'gewoon' verslag gedaan worden. In Rusland ligt dat anders, schetst Rijpma. "Omdat daar journalisten ook daadwerkelijk het risico lopen opgepakt te worden." Journalisten in Rusland moeten rekening houden met hun woordgebruik. "Het woord oorlog mag daar niet gebruikt worden."
Beeldvorming
Omdat het voor journalisten dus zo lastig is om goed verslag te doen in een oorlogsgebied, kan het ook de beeldvorming van de oorlog beïnvloeden. "Het gaat met name om de veiligheid van journalisten aan de ene kant. Aan de andere kant wordt daardoor de hele informatievoorziening en berichtgeving heel fragmentarisch", zegt kolonel Han Bouwmeester, ook te gast bij Goedemorgen Nederland. "Dat noemen wij tegenwoordig talkshow intelligence", gaat hij verder. "Dat betekent dat je uit open bronnen heel veel informatie haalt."
LEES OOK: Kamermeerderheid wil killerdrones: ‘Militair gezien kunnen zij bijzonder effectief zijn’