Slechts 45 procent statushouders heeft na vijf jaar betaald werk: ‘Vaak mismatch’
Het is voor statushouders moeilijk om aan betaald werk te komen. Vijf jaar na de verstrekking van een verblijfsvergunning heeft slechts 45 procent betaald werk. Vaak bestaat dit uit tijdelijke of deeltijdbanen, staat in een onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP).
Na vijf jaar in Nederland is betaald werk slechts voor een kwart van de erkende vluchtelingen de belangrijkste inkomstenbron. Het onderzoeksbureau noemt de arbeidsmarktpositie van statushouders "zorgelijk". Sinds 2015 is er weliswaar speciaal beleid ontwikkeld om betrokkenen op gang te helpen met werk, maar veel lokale projecten zijn inmiddels afgerond. Door corona is de arbeidsdeelname het afgelopen jaar zelfs verder afgenomen.
Het vinden van werk is niet eenvoudig voor statushouders. Hindernissen zijn onder meer trauma's vanwege hun vlucht, taalbarrières en het ontbreken van een netwerk. Het is volgens de onderzoekers goed om daar op in te zetten, maar ook aan de vraagzijde zijn belemmeringen. Niet alle werkgevers zitten te wachten op statushouders. Instituties en werkgevers moeten zich meer richten op diversiteit en inclusie, aldus het SCP.
CU-Kamerlid: overheid moet helpen
ChristenUnie-Kamerlid Don Ceder vindt dat de politiek meer moet doen om statushouders aan werk te helpen. "Het is hartstikke belangrijk dat als je hier een nieuw bestaan opbouwt, je ook een bijdrage gaat leveren aan de maatschappij", zegt hij in Goedemorgen Nederland op NPO 1. Volgens Ceder is er vaak sprake van een "mismatch". Zo zijn er volgens hem statushouders die in het land van herkomst werkzaam waren in de zorg, maar in Nederland niet in die sector aan de slag kunnen omdat het diploma hier niet wordt erkend. "Die mensen komen niet aan de bak."
Volgens Ceder ontbreekt het niet aan de wil om te werken. "Ik vind dat de overheid een taak heeft om daar waar mensen willen werken, het vloeiender te laten lopen. Het uitgangspunt is: laten we ervoor zorgen dat mensen echt een bijdrage kunnen leveren." Het Kamerlid wil dat de overheid werknemers en statushouders die willen werken bij elkaar brengt. "Je moet kijken hoe je dat kunt faciliteren."
'Nederland bureaucratisch'
Verslaggever van De Telegraaf Wierd Duk vindt dat statushouders in Nederland veel te lang in een azc zitten. Daardoor leren ze ook de taal niet, stelt hij. "Dat is heel slecht. In andere landen kunnen ze soms onmiddellijk aan de slag. Nederland is heel bureaucratisch, maar dat zou moeten veranderen."
Wel is het zo dat Nederland kampt met een grote instroom van asielzoekers, zegt Duk. "Dat is problematisch. De azc's zitten vol. Er is op dit moment helemaal geen plek om die mensen onder te brengen. Dat is al het eerste probleem. Vervolgens moet je ze nog zien te integreren." Uit het rapport blijkt volgens Duk dat dat lang niet altijd goed gaat. "Dat is een groot maatschappelijk en politiek probleem, waar de politiek maar telkens geen oplossing voor bedenkt", aldus Duk.
Nieuwe inburgeringswet
Begin volgend jaar komt er een nieuwe inburgeringswet. De onderzoekers zien daar positieve kanten in, maar ze hameren op een goede uitvoering, vooral door gemeenten. Ook zien ze ruimte voor verbeteringen. Zo willen ze dat vluchtelingen in de opvang eerder mogen gaan werken en meer (taal)onderwijs kunnen volgen. Ook moet er meer aandacht komen voor hun psychisch welbevinden en zouden ze minder lang in de asielopvang moeten zitten.
LEES OOK: Statushouders met uitkering toegenomen: ‘Dit ligt met name aan het opleidingsniveau’