Grootste archeologische expeditie ooit: hier vonden 237 zeelui de dood
Het is de grootste archeologische expeditie ooit in de Nederlandse geschiedenis: de berging van VOC-schip De Rooswijk. Op 8 januari 1740 vertrok het schip richting Batavia, maar voor de kust van Engeland ging het mis. Een enorme schat ging verloren en alle 237 opvarenden overleefden de ramp niet.
In Het geheim van De Rooswijk volgt WNL deze bijzondere expeditie met als centrale vraag: wat is er gebeurd aan boord van De Rooswijk? Martijn Manders is maritiem archeoloog en leidt het onderzoek. Het schip liep op een zandbank voor de Engelse kust. "Men wist natuurlijk dat hier al die zandbakken lagen, maar waarom was ‘ie dan toch zo dicht bij de kust?"
Vermoedelijk is De Rooswijk in een ontzettend zware storm terechtgekomen die dagenlang aanhield. "Het kan zijn dat ze achter de zandbanken zijn gaan schuilen, want achter die zandbanken was het water een stuk rustiger. Maar daar liggen ook allemaal zandbanken. En dat kan er wel eens gebeurd zijn", vertelt Manders. "Dat ‘ie geprobeerd heeft om te schuilen, maar dat het schip daar vergaan is."
Alle opvarenden vonden in de Noordzee hun zeemansgraf. "Je zou denken: zo dicht bij de kust, dan moet toch wel iemand het overleefd hebben. Maar de kans om te overleven was enorm klein", stelt de onderzoeker. "Veel mensen konden niet zwemmen." Pas als er drie dagen later spullen aanspoelen in het Engelse plaatsje Deal weet men dat er een schip is vergaan. "Bijna 250 man dood, maar ook een enorme hoeveelheid aan geld." Dat geld was ontzettend belangrijk om de handel in Nederlands-Indië op gang te houden.
Benieuwd naar het volledige verhaal van De Rooswijk? Kijk dan vanavond naar Het geheim van De Rooswijk om 19:20 uur op NPO 2.