Ruim 500 boeren mochten uitbreiden van provincie, maar leven nu toch in grote onzekerheid

Ruim 500 boeren die recent hun bedrijf hebben uitgebreid of daarvoor plannen hebben gemaakt na toestemming van de provincie, dreigen toch in de problemen te komen. De moderne stalsystemen die zij gebruiken reduceren minder stikstof dan gedacht, blijkt na onderzoek van de Wageningen Universiteit. Dat meldt Pointer (KRO-NCRV).

De veehouders kregen in eerste instantie een zogenaamde ‘positieve weigering’ van hun vergunningsaanvraag dankzij de nieuwe technieken, maar na het onderzoek van de Wageningen Universiteit leven ze in grote onzekerheid. De boeren moeten nu toch een natuurvergunning aanvragen, maar de kans dat ze nog aan de strenge stikstofregels voldoen, is klein.

Alleen als uit een zwaardere natuurtoets blijkt dat er geen extra natuurschade ontstaat, kan alsnog een natuurvergunning worden verleend, zegt universitair hoofddocent omgevingsrecht Ralph Frins tegen Pointer. “Als dat niet kan worden aangetoond, dan moet een boer kijken of hij het op een andere manier kan oplossen. Dan moet je misschien wel minder dieren gaan houden om wel te voldoen aan de eis dat zeker is dat je de natuur niet aantast.”

‘Zie het maar eens terug te verdienen’

Hoofdredacteur van Nieuwe Oogst, een weekblad voor boeren en tuinders, Esther de Snoo, vreest dat het vertrouwen van de boeren verder is beschadigd. “Het is niet alleen dat zij denken: we doen iets goed. Ze krijgen ook toestemming van de overheid. En het gaat om echt forse investeringen”, zegt De Snoo in Goedemorgen Nederland op NPO 1.

“Je moet denken aan bedragen tot 100.000 euro. Zie dat nu maar weer eens terug te verdienen en om een nieuwe vergunning te krijgen als dat nodig is. Er worden niet of nauwelijks vergunning afgegeven”, zegt De Snoo. “Deze veehouders komen onnodig in grote onzekerheid terecht.”

Volgens de hoofdredacteur van Nieuwe Oogst is het “nog maar de vraag” of het bij de 500 bedrijven blijft.

Lees ook: 

Van der Wal wil boeren niet verplicht uitkopen: ‘Ik zal het niet inzetten’

Door: Peter Visser