Komt er ooit een einde aan straatintimidatie? ‘Dit is een cultureel probleem’

Bijna 90 procent van de vrouwen in grote steden heeft te maken met straatintimidatie. De VVD wil dit probleem aan banden leggen en gaat om tafel met lokale partijen. De vraag is alleen op welke manier de daders opgepakt kunnen worden. Daar heb je volgens VVD-Kamerlid Hatte van der Woude “een hele gereedschapskist” voor nodig, zo zegt zij bij Goedemorgen Nederland op NPO 1.

Er komt een wet aan die straatintimidatie verbiedt. Daar is minister Dilan Yesilgöz (Justitie) mee bezig. “Maar je moet ook kijken naar het melden, naar wat omstanders doen en naar waar het vandaan komt”, aldus Van der Woude, die naar de ervaring van gemeentes wil kijken wat nu wel en wat niet werkt om straatintimidatie tegen te gaan. “En wij gaan kijken naar wat andere landen hebben geprobeerd.”

Probleem samenleving

Het probleem van straatintimidatie is echter dat het juridisch een moeilijk verhaal is om mensen ervoor op te pakken. Dat erkent ook rechtsgeleerde Afshin Ellian. “Je kunt wetten maken die een symbolische betekenis hebben, maar dat is bijna niet te handhaven”, aldus Ellian, die straatintimidatie een cultuurkwestie vindt. “En als vrouwen niet meer over straat kunnen lopen, dan heb je politiemacht nodig om bescherming te bieden.”

CDA-Europarlementariër Tom Berendsen sluit zich aan bij Ellian, die straatintimidatie een probleem van de samenleving noemt. “Het aanspreken op gedrag gebeurt te weinig. Dit is een cultureel probleem en dat los je niet zomaar op. Daar maak ik mij zorgen over.”

Norm stellen

Ondanks dat het moeilijk is om het in de wet vast te leggen, is het toch nodig om straatintimidatie aan banden te leggen, vindt PvdA-fractievoorzitter Attje Kuiken. “Regel wetgeving, dan is de norm helder en kun je daarop handhaven. En regel ook voldoende politiecapaciteit”, zegt Kuiken. “Er alleen maar over praten, dat hebben wij nu wel gehad.”

LEES OOK: Wetgeving tegen straatintimidatie lijkt nog ver weg: ’80 procent van de vrouwen wordt dagelijks geïntimideerd’

Door: Vick ten Wolde