Tijdens een ijskoude winterstorm op 8 januari 1740 verging het VOC retourschip De Rooswijk volgeladen met zilver voor de Engelse kust. 237 opvarenden verdronken. Bijna drie eeuwen later organiseert de Nederlandse staat een expeditie naar de resten van het schip. WNL volgde deze unieke expeditie.
Nederland domineerde twee eeuwen lang alle handel op Azie, maar die periode kende ook veel catastrofes. Op de zeebodem liggen 400 Nederlandse scheepswakken met de overblijfselen van die avonturen. Een nalatenschap waar de Nederlandse regering nooit aanspraak op maakte. Zo kon het gebeuren dat een Engelse avonturier er met de ‘schat’ van het VOC schip de Rooswijk vandoor ging. Maar een kwart van dat geld kwam bij onze schatkist terecht. De maritiem archeoloog van het rijk, Martijn Manders, slaagde er dit voorjaar in om het wrak terug te krijgen. WNL-regisseur Jeroen Kortschot legde dit unieke moment vast.
Eindelijk kan Nederland zelf onderzoek doen naar de Rooswijk. Deze archeologische expeditie en historisch onderzoek leveren een nieuwe kijk op de handel op AziĆ« in de 18 eeuw. Behalve het zilver van de VOC, vervoerde de Rooswijk zeker nog eens de helft zo veel zilver dat als illegale lading werd meegesmokkeld door de opvarenden. Van de kapitein tot de matroos: allemaal hadden ze smokkelgeld bij zich. De soldaten, de officieren en de matrozen aan boord en hun familie hadden allemaal grote persoonlijke belangen bij de handel op AziĆ«. Een VOC schip blijkt niet alleen een vrachtschip, maar een varende verzameling kleine ondernemers die door het nemen van grote risico’s, enorme winsten konden behalen. Het geheim van de Rooswijk. Over geschiedenis, avontuur en identiteit.