Gehoord op scholen: “Joden hebben hoorns en zuigen aan de pik van baby’s”

Antisemitisme tiert nog welig in Nederland. Dit blijkt uit de ervaringen van de Joods-Amsterdamse auteur Natascha van Weezel, gisteravond te zien bij Pauw.

Van Weezel was bij het programma te gast om te praten over haar boek Thuis bij de vijand: Moslims en joden in Nederland, dat begin april uitkwam. In het boek verkent zij onder andere antisemitische voordelen van moslims in Nederland door onderzoek te doen op scholen.

‘Ze konden niet geloven dat Joden geen hoorns hadden’

Sommige van de voorbeelden van antisemitisch denken die Van Weezel noemt tarten de verbeelding. Zo haalt zij in haar boek een docent aan die zegt dat leerlingen aan haar hoofd wilden voelen omdat “ze maar niet konden geloven dat joden geen hoorntjes onder hun haar verborgen”.  Van Weezel zegt dat dit verhaal vaak op ongeloof stuit, maar “het gebeurt”, aldus de auteur.

Complottheorieën zijn ook gangbaar. Zo denken veel jonge moslims in Nederland dat Joden achter de Islamitische Staat zitten. Ook zouden Joden volgens een enkeling “zuigen aan de pik van baby’s”: een vooroordeel waar Van Weezel bijzonder onpasselijk van wordt.

De Marokkaans-Amsterdamse auteur Mano Bouzamour, ook te gast bij Pauw, beaamde dat dergelijk samenzweringsdenken onder Marokkaanse Nederlanders in Amsterdam niet ongebruikelijk is.

‘Antisemitisme even normaal als ademhalen’

“Bij ons op het Hendrick de Kyeserplein in de Pijp was antisemitisme even normaal als ademhalen”, zegt de Bouzamour. Zo geloofden veel van zijn speelkameraadjes dat de Tweede Wereldoorlog in scene was gezet en de gaskamers door Geallieerden waren gebouwd. Het dagboek van Anne Frank zou een verzinsel zijn van haar vader.

Van Weezel is door haar ervaringen cynischer geworden, zegt ze. “Ik dacht echt van te voren: als we allemaal bij elkaar gaan zitten en met elkaar gaan praten dan komt het wel goed. We zijn allemaal mens. Maar door al die dingen die ik heb meegemaakt weet ik dat er heel veel mensen zijn die dat helemaal niet willen.”

Toch sluit ze haar verhaal af met een hoopvolle boodschap. Volgens haar komt veel van het antisemitisme voort uit frustraties met Israël en onwetendheid. Zo vertel ze over de 19-jarige Mounira, een meisje dat geen enkele kennis had van de Holocaust en in tranen uitbarst wanneer de klas haar daarom uitlacht. “Ze kwam aan het einde van die les naar me toe en zei: ‘Mevrouw, heeft u meer informatie over die Holocaust, want ik moet daarover leren.'” Dit laat volgens Van Weezel zien dat er nog veel te winnen valt op het gebied van kennis.

Door: Redactie