‘Zelfreinigend vermogen van islamitische bevolking niet groot genoeg’
Een jaar na de aanslagen in Brussel heeft de Belgische regering nog steeds niet genoeg maatregelen genomen. Dat zegt oorlogsverslaggever Arnold Karskens vanochtend in Goedemorgen Nederland. "Het is een beetje de Belgische ziekte: ze praten wel, maar pakken niet door."
De nervositeit in Brussel neemt langzaam af, ziet Karskens. Toch zijn er nog veel dingen niet op orde. Karskens verwijst naar Irak, waar hij een tijd heeft gewoond: "Zelfs daar zie je op de bussen geen militairen met geweren. In Brussel heb je dat wel. Dat zegt dat de regering de bevolking nog steeds niet vertrouwt."
'Nooit verraden'
Dat ligt volgens Karskens aan het zelfreinigend vermogen binnen met name islamitische bevolkingsgroepen. Dat is namelijk niet groot genoeg om radicalen aan te geven, zo zegt hij. "De planners van de aanslag in Parijs komen nog steeds op familiebezoek. Ze lopen er steeds achteraan, ze worden nooit verraden." Daarnaast is Molenbeek nog steeds een doorn in het oog: je kunt daar als illegaal nog steeds makkelijk onderduiken, mede door de sociale cohesie. "Er is geen controle", aldus Karskens. "De chaos in dit soort buurten is zo groot dat terroristen kunnen zich daar heel veilig wanen."
Gebrek aan daadkracht
Vanuit de politiek mist er wat hem betreft 'daadkracht om de stad veiliger te maken'. Zo wordt de bagage op vliegveld Zaventem, waar een van de aanslagen werd gepleegd, nog steeds niet gecontroleerd voor mensen de vertrekhal in mogen. Dat zit de medewerkers van het vliegveld ontzettend dwars, weet Karskens. Ook de 'inlichtingendiensten kunnen maar met één hand op de rug werken'. "Dat schiet natuurlijk niet op."