WNL

Toerismesector wil één miljard euro én niet terug naar massatoerisme: ‘Hebben recht op voldoende steun’

Dringen voor een foto bij de Zaanse Schans en volle boten in Giethoorn. Nederland is al jaren populair bij toeristen van over de hele wereld, maar om gastvrij te blijven is er volgens de toerisme- en recreatiebranche één miljard euro nodig voor het herstel van de door corona getroffen sector én om die toekomstproof te maken.

Zo zou het geld hard nodig zijn om het massatoerisme landelijk te regulieren. Dat was voor corona een van de grootste hoofdbrekens. “Eigenlijk wil iedereen een unieke plek hebben en een unieke ervaring als ze op reis gaan. Maar als iedereen dat opzoekt, krijg je massatoerisme”, zegt Peter-Jan van Steenbergen, directeur van Stichting Werelderfgoed Kinderdijk, in Goedemorgen Nederland op NPO 1. “Hier in Kinderdijk hebben wij daarom een meerjarenstrategie om dat te beteugelen.”

Er zijn tijdvakken en er is kaartverkoop. Bezoekersgroepen mogen alleen naar binnen via een groepsentree, zegt Van Steenbergen. “Op die manier kunnen we bezoekers verdelen. En het zorgt ervoor dat iedereen die met een groep komt een kaartje koopt.” Volgens Van Steenbergen is er in Kinderdijk nu “veel meer regulering”. “En er is veel meer nagedacht over een verdienmodel, zodat de gratis plasbussen, zoals we die in het verleden noemden, verleden tijd zijn.”

‘Er is geen geld’

Trendwatcher Lieke Lamb moedigt innovatie van bedrijven op eigen initiatief aan. “In een gezonde normale branche zou je dat absoluut zeggen. Maar we hebben nu een coronaperiode gehad. Vanuit de branche zeggen ze: de rek is eruit”, zegt ze in Goedemorgen Nederland. “Er is geen reserve om te investeren, maar er moet een hele hoop gebeuren. Om te beginnen regulatie, als je niet meer de massa’s wil.” Maar ook de roep een verduurzaamheidsslag te maken, vraagt om investeringen. “Dat geld is er niet.”

Vijftien grote marketingorganisaties hebben dinsdag het Nationaal Toerisme-transitieplan, een grootscheeps herstel- en vernieuwingsplan, overhandigd aan de Tweede Kamer. Ze roepen het demissionaire kabinet op om een zogeheten Toerisme-transformatiefonds van 1 miljard euro op te zetten. Voor het verduurzamen van de sector, het regulieren van het massatoerisme en steun aan de sector.

De Nederlandse toerismebranche vreest dat dit jaar nog slechter zal uitpakken dan 2020, toen de wereldwijde uitbraak van het coronavirus internationale reizen een halt toeriep. Het aantal buitenlandse toeristen en zakelijke reizigers valt in 2021 ruim een kwart lager uit dan vorig jaar, raamt het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (NBTC). Het duurt waarschijnlijk nog ruim twee jaar tot de branche volledig is hersteld van de pandemie.

De organisatie die Nederland als vakantie- en reisbestemming promoot, rekent dit jaar op 5,4 miljoen buitenlandse toeristen. Dat zijn er 26 procent minder dan in 2020. Ten opzichte van 2019 gaat het om een daling van bijna driekwart (73 procent).

Toerisme is een “grote branche”, zegt Lamb. “4 procent van het Nederlands bruto binnenlands product is toerisme, dat is net zoveel als de landbouwsector. In Amsterdam zat het voor corona zelfs op 9 procent. In die zin hebben ze recht op voldoende steun. De vraag is wel wat je er concreet mee gaat doen en hoe je het gaat verdelen. Er zijn campings die circulair duurzaam bezig zijn, door bijvoorbeeld tenten van oude spijkerbroeken te maken. Die hebben niet zoveel geld nodig.”

Amsterdam beach

Wat ook helpt om gebieden waar toerisme niet op gang komt te ondersteunen, is het spreiden van toerisme, zegt Lamb. “In bijvoorbeeld Amsterdam wil je het massatoerisme niet terug. De bierfietsen moeten eruit en ze zijn bezig geweest om de hele prostitutiezone buiten het centrum te krijgen. Je wil de regio’s oprekken zodat er meer ruimte is. Noordwijk noemt zich de beach van Amsterdam. Dat is een marketingtrucje. Maar je verspreidt de toeristen zo breder over een gebied.”

Het reguleren van het massatoerisme is “het grote leerpunt” van corona voor de toerismesector, zegt Lamb. “Crowd management, zoals dat heet. Daar heb je handige apps voor, waar je bijvoorbeeld kunt zien waar het druk is. Is het op het strand heel druk, ga je eerst even naar het museum. Dat gaat zich verder verdiepen, in de zin dat je op een gegeven moment echt specifiek per tijdstip een toegang krijgt. We komen door corona uit een tijd van reserveren en tijdsloten. Daar zijn we gewend aan geraakt. Dat moet economisch nog wel winstgevend gemaakt worden. Maar als je dat kunt doen, kun je mensen erg goed sturen.”

Lamb ziet het zelfs “voor bepaalde gebieden” voor zich dat er toegangspoortjes komen, zoals dat bijvoorbeeld in Venetië het geval is. “Dat kan heel goed zo zijn. Een soort toegangshek bij Giethoorn bijvoorbeeld, dan wordt het een soort openluchtmuseum. Voor het centrum van Amsterdam zou je dat ook kunnen realiseren. Dat je zegt: een bepaalde hoeveelheid mensen kan erin.”

LEES OOK: Worden Amsterdam en Venetië weer overspoeld door dagjesmensen? ‘Toerisme dat neemt en niets brengt’

Door: Peter Visser

Exit mobile version