Alle niet-essentiële winkels zijn vanaf vandaag voor in ieder geval vijf weken gesloten. Meer sectoren dan ooit moeten de deuren dicht houden. Er wordt gevreesd voor ‘de klap na de klap’, zegt FD-journalist Jean Dohmen in Goedemorgen Nederland. “De paradoxale situatie kan zich voordoen dat wanneer het vaccin is uitgerold en de overheid de steun gaat afbouwen, dat heel veel bedrijven alsnog door hun hoeven gaan zakken en failliet gaan.”
De overheid heeft de portemonnee getrokken om de eerste klappen voor veel van de getroffen bedrijven op te vangen, zegt Dohmen. “In termen van loonkosten en vaste lasten. Maar je teert wel in op je reserves.” Straks is de bevolking gevaccineerd en kunnen de winkels weer open. “Maar op dat moment ben je eigenlijk berooid en ontbreekt je de financiële armslag om nog te investeren in je zaak”, aldus de financieel journalist.
‘Domper die desastreus kan worden’
Dat weet ook Jasper Verhoek, zelf eigenaar van een modezaak. “Financieel is deze sluiting een enorme domper die desastreus kan worden”, zegt hij. “Normaal werk je elf maanden om de twaalfde maand wat te verdienen. Als je dan de laatste maand op deze manier moet afsluiten heeft dat desastreuze gevolgen.”
Zijn bedrijf moet nu interen op zijn reserves. “Tijdens de eerste lockdown hebben we behoorlijk geïnvesteerd. We werken hier met 32 man, en gemiddeld werkt men hier zo’n tien tot twaalf jaar, en dan moeten we ook daarnaar gaan kijken”, zegt hij. “Tot nu toe snap ik de beslissingen van de overheid grotendeels wel, maar vijf weken dicht vind ik toch erg lang.”
Dohmen denkt echter dat het misschien wel om meer dan vijf weken zal gaan. “Volgens mij gaan we een lange winter tegemoet. Voorlopig zou ik niet op versoepelingen regelen”, zegt hij. “Natuurlijk, op het moment dat het aantal besmettingen daalt kan er wel iets vanaf, maar ga er maar van uit dat totdat dat vaccin is uitgerold we in dit soort situaties blijven zitten.”
‘Korte stevige klap is beter’
Toch hoeft deze lockdown niet enkel slecht te zijn, zegt de Nederlandsche Bank (DNB). Op de middellange termijn ziet het er niet verkeerd uit voor de economie, zeggen zij. “Wat economen vaker hebben gezegd in de afgelopen maanden: wat slecht is, is aanmodder-beleid, en dat is toch voor een deel wat we in het najaar hebben gezien”, verduidelijkt Dohmen. “Na die eerste lockdown leek het alsof de problemen voorbij waren, maar dat waren ze natuurlijk nog helemaal niet. Vervolgens is er heel veel geaarzeld en gediscussieerd over welke maatregelen er genomen moesten worden. De overtuiging van veel economen is dat je beter een korte stevige klap kunt uitdelen om het virus uit te schakelen en terug in zijn hok te krijgen.”
En het is niet alleen maar kommer en kwel, vindt ook Dohmen. In de zomer, toen het aantal besmettingen laag was, was er weer snel economisch herstel te zien.
“Er zijn een paar goede dingen. Als je Nederland vergelijkt met andere landen is de klap hier aanzienlijk minder hard aangekomen”, zegt de FD-journalist. “En vergeet ook niet dat hele grote delen van de economie, de industrie, gewoon doordraaien. Er zijn miljoenen Nederlanders vanuit huis aan het werk. En dan zie je dat die verregaande digitalisering die we hebben een enorm voordeel voor een land als Nederland is, omdat we daarmee de schade beperken. En daar kun je hoop uit putten.”
‘Niet reddeloos verloren’
Uit alle onderzoeken blijkt dat wanneer de coronacrisis voorbij is we een een inhaalgroei zullen gaan zien, zegt Dohmen. “Zelfs als we begin volgend jaar nog een klap krijgen door wat er nu gebeurt, wordt dat wat naar voren geduwd en komt er het jaar erop extra inhaalgroei.” Het zal een aantal jaar duren voordat we terug zijn op het welvaartsniveau van 2019, maar “het is niet zo dat we reddeloos verloren zijn”, zegt Dohmen.
LEES OOK: Twijfel bij maatregelen: ‘Kapper in Dokkum de dupe van shoppen in Koopgoot’
Door: Redactie