Misdaadverslaggever Yelle Tieleman was al een van de eerste ter plaatse bij de schietpartij in de Utrechtse tram. Pas toen hij daar met mensen sprak, besefte hij: “Dit is een aanslag.”
Tieleman herinnert zich die dag nog precies. Zijn chef vroeg hem even te kijken wat er aan de hand was in Kanaleneiland, waar een trauma-heli was opgeroepen. “Prima, ik kijk even”, zegt Tieleman. “Twintig seconden later zegt hij: er is een tweede trauma-helikopter opgeroepen. Dat was het teken: het is serieus.”
Hij besloot op de fiets (de redactie zit er niet ver vandaan) ernaartoe te gaan om een kijkje te nemen. Onderweg kreeg hij app-melding na app-melding over wat er aan de hand zou zijn: er zou een anti-terreureenheid aanwezig zijn. “Ik zag twee politiehelikopters boven de stad hangen. Ik dacht: er is wel echt wat gebeurd.”
Toen hij op het 24 Oktoberplein aankwam dacht hij aanvankelijk aan een ‘wild west-schietpartij’ waarbij kogels de tram in waren gevlogen. “Ik zet mijn fiets weg en loop op de eerste de beste mensen af en vraag wat er is gebeurd. Die zeggen: er is in de tram geschoten.”
Tieleman begon te trillen: “Ik dacht, dit is het dus. Dit is dus een aanslag in Nederland.”
Bang was hij niet. “Het werkstandje gaat aan. Dan is het bijna een soort roes, waar je bijna niet meer uit komt.”
LEES OOK: Misdaadjournalist Yelle Tieleman: ‘Criminelen steeds harder’
Door: Redactie